ONDERHOUDSPROCEDURES
ALLEEN LAGE DRUK; GEBRUIK
GEEN HOGEDRUKREINIGER.
Laat de werking van het koelsys-
teem controleren door een erkende
Can-Am dealer.
Motorkoelvloeistof
Motorkoelvloeistofpeil
WAARSCHUWING
Controleer het koelvloeistofpeil
wanneer de motor koud is.
Voeg nooit koelvloeistof toe aan
het koelsysteem terwijl de mo-
tor heet is.
OPMERKING: Voer terwijl u het
koelvloeistofpeil controleert een
visuele inspectie op lekken uit.
Verwijder het paneel van het servi-
cevak vooraan.
1. Paneel servicevak vooraan
2. Voorrek
3. Grendel
130
SERVICECOMPARTIMENT
1. Radiatordop
2. Dop koelmiddelreservoir
Wanneer het voertuig op een vlak
oppervlak staat moet het vloeistof-
peil tussen de MIN. en MAX.
merktekens van het koelmiddelre-
servoir staan.
OPMERKING: Wanneer u het peil
controleert bij een temperatuur van
minder dan 20 °C , mag het iets
onder het MIN. merkteken liggen.
ONDER VOORSPATBORD LINKS
1. Reservoir
2. Merkteken MAX. peil
3. Merkteken MIN. peil
Vul waar nodig koelvloeistof bij tot
aan de MAX-markering.
Gebruik een trechter om morsen
te vermijden. Nooit te veel
bijvullen.
Sluit de vuldop opnieuw en draai
hem stevig aan.