De AF-bediening wijzigenN
Servo AF voor bewegende onderwerpen
Deze AF-bediening is geschikt voor bewegende onderwerpen.
Terwijl u de ontspanknop half ingedrukt houdt, blijft de camera
voortdurend scherpstellen op het onderwerp.
Als de transportmodus is ingesteld op <o> voor continue opname
met hoge snelheid, is de maximale snelheid bij continue opname
circa 4,5 opnamen/sec. Bij het maken van de opnamen wordt
voorrang gegeven aan de snelheid voor continue opnamen.
Als de transportmodus is ingesteld op <i> voor continue opname
met lage snelheid, is de maximale snelheid bij continue opname
circa 3,5 opnamen/sec. Bij het maken van de opnamen wordt
voorrang gegeven aan het volgen van het onderwerp.
Voor flitsfotografie worden de continue opnamen minder snel na
elkaar gemaakt. Ongeacht de instellingen <o> en <i>, blijft de
continue opnamesnelheid gelijk (max. ca. 2,0 foto's/sec.).
Als de scherpstelling is bereikt, wordt het AF-punt blauw.
De belichting wordt ingesteld op het moment dat de opname wordt
gemaakt.
Als [AF-methode] is ingesteld op [u+volgen] wordt het
scherpstellen voortgezet zolang het AF-kader het onderwerp
kan volgen.
Afhankelijk van de gebruikte lens, de afstand tot het onderwerp en de
snelheid van het onderwerp kan de camera mogelijk niet goed scherpstellen.
Als u de zoom bedient tijdens continue opnamen, gaat de scherpstelling
mogelijk verloren. Zoom eerst, maak een nieuwe beeldcompositie en
maak dan de opname.
In de modus Servo AF hoort u geen pieptoon, zelfs niet als er op het
onderwerp is scherpgesteld.
246