a: Handmatige belichting
Belichtingscorrectie met ISO auto
Als de ISO-snelheid is ingesteld op [AUTO] voor opnamen met handmatige
belichting, kunt u belichtingscorrectie (pag. 196) als volgt instellen:
[z2: Bel.comp./AEB]
[5:Bel.comp. (vasth., Sdr.)] met [13: Wijs SET-knop toe] bij
[54: Persoonlijke voorkeuze(C.Fn)] (p.397)
Quick Control (pag. 59)
Als ISO Auto is ingesteld, wordt de instelling van de ISO-snelheid
aangepast aan de sluitertijd en het diafragma om de standaardbelichting
te verkrijgen. Daardoor verkrijgt u mogelijk niet het gewenste
belichtingseffect. Stel in dat geval de belichtingscorrectie in.
Als de flitser wordt gebruikt wanneer ISO auto is ingesteld, wordt belichtingscorrectie
niet toegepast, ook niet wanneer een waarde voor belichtingscorrectie is ingesteld.
Als bij [z2: Auto Lighting Optimizer/z2: Auto optimalisatie
helderheid] het selectieteken [X] voor [Uitsch. bij handm. bel.] wordt
verwijderd, kunt u deze instelling zelfs instellen in de modus <a>
(pag. 169).
Als ISO auto is ingesteld, kunt u op de knop <A> drukken om de
ISO-snelheid te vergrendelen.
Wanneer u op de knop <A> drukt en vervolgens een nieuwe
beeldcompositie maakt, kunt u op de belichtingsniveau-indicator het
verschil in het belichtingsniveau zien in vergelijking met de eerste keer
dat u op de knop <A> drukte.
Als belichtingscorrectie (pag. 196) is toegepast in de modus <d>,
<s>, of <f>, blijft de reeds ingestelde hoeveelheid
belichtingscorrectie behouden als de opnamemodus verandert naar
<a> met ISO auto ingesteld.
D De ingebouwde flitser gebruiken
Om de juiste flitsbelichting van het onderwerp te verkrijgen, wordt het
flitsvermogen automatisch op het handmatig diafragma afgestemd
(automatische flitsbelichting). Merk op dat het bereik van de instelbare
sluitertijden wordt beperkt tot 1/200 sec. tot 30 sec of op Bulb.
192