S Het AF-gebied en het AF-punt selecteren
De camera heeft 45 AF-punten voor automatische scherpstelling. U kunt de AF-
gebiedselectiemodus en AF-punten selecteren die bij de scène of het onderwerp passen.
Afhankelijk van de gebruikte lens kan het aantal bruikbare AF-punten,
AF-puntpatronen, de vorm van het gebied AF-kader, enz. verschillen. Zie
voor meer informatie 'Lenzen en bruikbare AF-punten' op pagina 131.
AF-gebiedselectiemodus
U kunt uit een van de vier AF-gebiedselectiemodi kiezen. Zie de
volgende pagina voor meer informatie over de selectieprocedure.
E: Eén punt AF
(Handmatige selectie)
Selecteer één AF-punt om op scherp
te stellen.
F: Zone-AF
(handmatige selectie
van een zone)
Eén van de negen scherpstelzones
wordt gebruikt om scherp te stellen.
G: Grote zone-AF
(handmatige selectie
van een zone)
Een van de drie scherpstelzones (links,
midden of rechts) wordt gebruikt om
scherp te stellen.
H: Automatische selectie-AF
Het gebied AF-kader (hele AF-gebied)
wordt gebruikt om scherp te stellen.
123