j De zelfontspanner gebruiken
Met <q> kan het interval tussen de verschillende opnamen worden
verlengd afhankelijk van de instellingen voor opnamefuncties, zoals de
opnamekwaliteit of gebruik van de flitser.
Als u bij het indrukken van de ontspanknop niet door de zoeker kijkt, kunt u het beste
de oculairafsluiting bevestigen (pag. 413). Als er tijdens het maken van een opname
licht in de zoeker komt, kan dit een negatief effect op de belichting hebben.
Het wordt aanbevolen om na het maken van opnamen met de zelfontspanner de
opname weer te geven (pag. 115) om de scherpstelling en belichting te controleren.
Als u met de zelfontspanner een foto van uzelf wilt maken, vergrendelt u de scherpstelling (pag. 81)
op een object dat zich tijdens de opname op ongeveer dezelfde afstand als uzelf bevindt.
Om de zelfontspanner uit te schakelen nadat het aftellen is begonnen,
tikt u op het LCD-scherm of drukt u op de knop <YQi>.
Druk op de knop <YQi>.
1
[Transportmodus] wordt weergegeven.
Selecteer de zelfontspanner.
2
Druk op de pijltjestoetsen <Y>
en <Z> om de zelfontspanner te
selecteren en druk op <0>.
Q: Zelfontspanner: 10 sec.
U kunt ook de afstandsbediening
gebruiken (pag. 409).
l: Zelfontspanner: 2 sec (pag. 87)
q: Zelfontspanner:10 sec en
continue opname
Druk op de pijltjestoetsen <W>
en <X> om aan te geven
hoeveel opnamen u met de
zelfontspanner wilt maken (2 - 10).
Maak de opname.
3
Kijk door de zoeker, stel scherp op het
onderwerp en druk de ontspanknop helemaal in.
U kunt de zelfontspanner in de gaten houden
door middel van het bijbehorende
zelfontspannerlampje, de pieptoon en de
aftelweergave (in seconden) op het LCD-scherm.
Twee seconden voordat de opname wordt
gemaakt, gaat het zelfontspannerlampje
branden en klinkt de pieptoon sneller.
143