Uitgebreide ISO-snelheden kunnen niet worden ingesteld.
Als bij [54: Persoonlijke voorkeuze(C.Fn)] de optie [4: Lichte tonen
prioriteit] is ingesteld op [1:Inschakelen], is het instelbereik voor de
ISO-snelheid ISO 200-25600 (of maximaal ISO 12800 voor movie-
opnamen) ook als [2: ISO vergroten] is ingesteld op [1:Aan]. Als
[0:Uitschakelen] is ingesteld voor [4: Lichte tonen prioriteit], kan [H]
worden ingesteld (pag. 367). Dit geldt ook voor movie-opnamen
(pag. 239).
Auto Lighting Optimizer (Auto optimalisatie
helderheid) kan niet worden ingesteld.
Als bij [54: Persoonlijke voorkeuze(C.Fn)] de optie [4: Lichte tonen
prioriteit] is ingesteld op [1:Inschakelen], kan Auto Lighting
Optimizer (Auto optimalisatie helderheid) niet worden ingesteld. Als
[0:Uitschakelen] is ingesteld, kan Auto Lighting Optimizer (Auto
optimalisatie helderheid) wel worden ingesteld (pag. 367).
Ik heb een verkleinde belichtingscorrectie ingesteld,
maar de opname valt nog steeds te licht uit.
Stel [z3: Auto Lighting Optimizer/z3: Auto optimalisatie
helderheid] in op [Uitschakelen]. Als [Standaard] [Zwak] [Hoog] is
ingesteld, kan de opname toch licht uitvallen zelfs als u een kleinere
belichtingscorrectie of flitsbelichtingscorrectie (pag. 149) heeft
ingesteld.
Wanneer ik de modus <f> gebruik in combinatie
met de flitser, neemt de sluitertijd toe.
Als u avondopnamen maakt wanneer de achtergrond donker is, wordt
de sluitertijd automatisch langer (opname met trage synchronisatie)
om zowel het onderwerp als de achtergrond goed te kunnen
belichten. Als u een trage sluitertijd wilt voorkomen, stelt u in
[z2: Flitsbesturing] de optie [Flitssync.snelheid AV-modus]
in op [1/200-1/60 sec. auto] of [1/200 sec. (vast)] (pag. 190).
Problemen oplossen
417