S Het AF-punt selecteren
Opnamepunten
Als u van dichtbij een portret wilt maken, gebruikt u 1-beeld AF
en stelt u scherp op de ogen.
Als u de compositie instelt nadat u hebt scherpgesteld op de ogen
van de persoon die wordt gefotografeerd, zal de levendige
gezichtsuitdrukking meer naar voren komen op de foto.
Als het moeilijk is om scherp te stellen, kunt u het beste het
middelste AF-punt selecteren.
Van de negen AF-punten heeft het middelste AF-punt de beste
scherpstelprestaties.
Als u eenvoudig wilt blijven scherpstellen op een bewegend
onderwerp, gebruik dan automatische AF-puntselectie en AI
Servo AF samen (pag. 116).
Het middelste AF-punt wordt als eerste gebruikt om op het
onderwerp scherp te stellen. Als het onderwerp zich tijdens de
automatische scherpstelling van het middelste AF-punt af beweegt,
blijft de camera het onderwerp volgen zolang dit nog binnen het
bereik van een ander AF-punt valt.
Als u een extender (afzonderlijk verkrijgbaar) in combinatie gebruikt en het
f-getal van het open diafragma hoger wordt dan f/5.6, is opname met
automatische scherpstelling niet mogelijk (behalve in Live View-opnamen).
Raadpleeg de instructiehandleiding van de extender voor meer informatie.
120