3
Ruisreductie instellenN
Hoge ISO-ruisreductie
Met deze functie vermindert u de ruis die in een opname ontstaat.
Hoewel ruisreductie wordt toegepast bij alle ISO-snelheden, is de
functie vooral effectief bij hoge ISO-snelheden. Bij opnamen aan lage
ISO-snelheden kan de ruis in de donkere gedeelten van de opname (de
schaduwpartijen) verder worden gereduceerd. Wijzig de instelling zodat
deze aansluit op het ruisniveau.
[M: Ruisonderdrukking bij meerdere opnamen]
Bij deze instelling wordt ruisreductie met hogere beeldkwaliteit
toegepast dan bij de instelling [Hoog]. Voor elke foto worden vier
opnamen achter elkaar gemaakt, uitgelijnd en automatisch
samengevoegd tot een JPEG-afbeelding.
Als de opnamekwaliteit is ingesteld op 1 of 1+73, kunt u geen
[Ruisond. bij meerd. opn.] instellen.
U kunt de camera instellen zodat <i> wordt weergegeven in de zoeker als
ruisonderdrukking bij meerdere opnamen is ingesteld (pag. 369).
150
1
Selecteer [Hoge ISO-
ruisreductie].
Selecteer op het tabblad [z4] [Hoge
ISO-ruisreductie] en druk
vervolgens op <0>.
2
Stel het niveau in.
Selecteer het gewenste
ruisreductieniveau en druk op
<0>.
3
Maak de opname.
De opname wordt met toegepaste
ruisreductie opgeslagen.