ONDERHOUD
I I N N S S P P E E C C T T I I E E / / R R E E I I N N I I G G I I N N G G R R E E M M S S C C H H I I J J F F
1. Inspecteer remschijven
andere beschadigingen. Inspecteer de dikte van elke remschijf
op vier of meer plaatsen rondom de schijf. Als een schijf op het
dunste punt tot de minimumdikte 4,5 mm is afgesleten, of als
een schijf beschadigd is, neem dan contact op met uw dealer
voor vervanging.
2. Maak de schijven schoon als er door vuil of stof lichte
piepgeluiden ontstaan. Breng remreiniger aan op een schone
werkplaatshanddoek en veeg de schijven af. Laat remreiniger
NIET in contact komen met gelakte of kunststof onderdelen.
Lees alle voorzorgsmaatregelen op het etiket.
142
op scheuren, krassen, barsten of
I I N N S S P P E E C C T T I I E E W W I I E E L L
Inspecteer beide wielen op scheuren of beschadigingen en
vervang beschadigde wielen onmiddellijk. Gebruik de motorfiets
niet als de wielen zijn beschadigd of gebarsten. Zie de INDIAN
MOTORCYCLE-servicehandleiding of een erkende INDIAN
MOTORCYCLE-dealer of een andere gekwalificeerde dealer.
W W I I E E L L U U I I T T L L I I J J N N I I N N G G
Controleer de achterwieluitlijning tijdens regelmatige
onderhoudsbeurten, telkens wanneer het achterwiel wordt
verwijderd en wanneer de achterwielaandrijfketting wordt
afgesteld. Neem contact op met uw dealer voor deze service.
V V E E R R W W I I J J D D E E R R I I N N G G / / I I N N S S T T A A L L L L A A T T I I E E V V O O O O R R W W I I E E L L
WAARSCHUWING
Voor deze procedure moet de motorfiets worden geheven en
ondersteund, zodat het voorwiel van de grond is. Er moeten
voorzorgsmaatregelen worden genomen om ervoor te zorgen
dat de motorfiets altijd goed gestabiliseerd is. Het niet goed
ondersteunen van de motorfiets kan leiden tot ernstig letsel
of schade aan de motorfiets.
Verdraai de remslang of remleiding niet. Laat de remklauwen
niet aan de remslang hangen. Zet de remklauwen zodanig vast
dat de slang niet wordt beschadigd.
VOORZICHTIG