I I N N S S P P E E C C T T I I E E G G A A S S H H E E N N D D E E L L G G R R E E E E P P
1. Draai, met de motor UIT, de gashendelgreep helemaal open en
laat hem dan los. Hij moet soepel van de ruststand naar de
volledig geopende stand kunnen draaien. Hij moet snel naar de
rustpositie terugkeren wanneer het wordt losgelaten.
2. Herhaal het draai- en loslaatproces met het stuur volledig naar
rechts en volledig naar links gedraaid.
3. Onderhoud het gashendelsysteem indien het gas geven niet
soepel werkt of indien de gashendel niet goed terugkomt. Zie
de INDIAN MOTORCYCLE-servicehandleiding of een erkende
INDIAN MOTORCYCLE-dealer of een andere gekwalificeerde
dealer.
V V E E R R D D A A M M P P I I N N G G S S E E M M I I S S S S I I E E C C O O N N T T R R O O L L E E S S Y Y S S T T E E E E M M
BELANGRIJK
De ontluchtingsleiding van de brandstoftank leidt naar een
dampreservoir waar de brandstofdamp wordt opgeslagen totdat
aan specifieke bedrijfsparameters is voldaan en de ECM de
ontluchtingsklep opent. De brandstofdamp wordt dan naar
buiten het dampreservoir geleid, door de spoelklep en naar het
gasklephuis voor verbranding. Controleer alle
verdampingsleidingen op schuurplekken of slijtage. Controleer
of alle verbindingen voor zowel het ontluchtings- als de
reservoirspoelsystemen goed vastzitten.
NUMMER
Ontluchtingsslang brandstoftank
q
w
Spoelslang (spoelklep naar gasklephuis)
e
Reservoirspoelklep
r
Ontluchtingsslang voor dampreservoir
voor verdampingsemissies
t
Spoelslang (reservoir naar spoelklep)
y
Dampreservoir voor
verdampingsemissiecontrolesysteem
ONDERHOUD
BESCHRIJVING
133