UW RIT AANPASSEN
WAARSCHUWING
De
ophanging,
spoorbreedteafstelling zijn onder-
ling gerelateerd en kunnen een
weerslag hebben op de bestuur-
baarheid. Neem steeds de tijd om
gewoon te raken aan het rijgedrag
van het voertuig nadat de ophan-
ging, stuurhoek of spoorbreedte
zijn afgesteld.
Stuuruitlijning (sporing)
Om het stuur uit te lijnen en de sporing
af te regelen, gaat u als volgt te werk:
1. Plaats het voertuig op een vlakke on-
dergrond.
2. Zet het stuur recht vooruit, door te
meten vanaf de beide uiteinden van
het stuur tot een vast punt achter-
aan.
vmr2008-029-045_a
A. Zelfde lengte
OPMERKING: Het
moet hetzelfde zijn aan beide zijden.
3. Bind het stuur vast, zodat het niet
kan bewegen tijdens de uitlijning.
4. Meet de afstand tussen de voorwie-
len — midden tot midden.
______________
76
stuurhoek
en
referentiepunt
vmr2008-029-043_a
A. Afstand vooraan
B. Afstand achteraan
vmr2008-029-044_a
C. Gelijke hoogte
Raadpleeg de uitlijnings-specificaties
in de volgende tabel.
TOTAAL TOESPOOR
0 mm tot 6,35 mm
Toespoor =
Afstand achter (B) – afstand voor (A)
5. Pas de wieluitlijning aan door de
koppelstang bij te regelen.