Pagina 3
Gefeliciteerd met de aankoop van uw Veiligheidsaanwijzingen nieuwe Can-Am™ ATV. U geniet de Verklaring over de soorten veiligheids- BRP-garantie en kunt steeds een be- meldingen, hoe ze eruit zien en hoe ze roep doen op een netwerk van erkende in deze handleiding worden gebruikt: Can-Am dealers voor onderdelen, ser- vice of gewenste accessoires.
Pagina 4
De informatie in dit document is cor- WAARSCHUWING rect op het moment van publicatie. Rijden op de openbare weg: BRP voert echter een beleid van con- – Dit voertuig is uitsluitend ont- tinue verbetering van zijn producten, worpen voor gebruik buiten de zonder dat dit enige verbintenis in- openbare weg.
Pagina 5
INHOUDSOPGAVE VOORWOORD ............... 1 Informeer u voor u vertrekt .
Pagina 8
GARANTIE BEPERKTE GARANTIE VAN BRP V.S. EN CANADA: 2009 CAN-AM ATV ................. 136 INTERNATIONALE BEPERKTE GARANTIE VAN BRP: 2009 CAN-AM ATV .
Pagina 9
VEILIGHEIDS- INFORMATIE ___________ ___________ VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 10
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Koolmonoxidevergiftiging Vermijd brandstofbranden vermijden en andere gevaren Uitlaatgassen van motors bevatten Benzine is uiterst brandbaar en zeer steeds koolmonoxide, een dodelijk explosief. Benzinedampen kunnen gas. Inademing van koolmonoxide kan zich verspreiden en op meters afstand leiden tot hoofdpijn, duizeligheid, sla- van de motor door een vonk of vlam perigheid, misselijkheid, verwarring en worden aangestoken.
Pagina 11
Accessoires en aanpassingen Maak geen ongeautoriseerde aanpas- singen of gebruik geen onderdelen of accessoires die niet door BRP zijn goedgekeurd. Omdat zulke aanpassin- gen niet door BRP zijn getest, kunnen die een groter risico op vallen of letsel met zich meebrengen en het voertuig onwettelijk maken.
Pagina 12
BIJZONDERE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN WAARSCHUWING DIT VOERTUIG IS GEEN SPEELGOED EN HET GEBRUIK ERVAN HOUDT GEVAREN IN. Dit voertuig besturen is heel anders dan rijden met andere voertuigen, zoals motorfietsen en auto's. Een aanrijding of koprol is snel gebeurd als u de nodige voorzorgen niet neemt, zelfs tijdens routinema- noeuvres zoals keren, bergop of over hindernissen rijden.
Pagina 13
BIJZONDERE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN WAARSCHUWING – Wanneer de voetbeschermers als voetsteunen worden gebruikt tijdens het rijden, kunnen deze voetbeschermers afbreken. Uw voet of been kan de achterwielen raken, zodat u verwondingen oploopt of een ongeluk hebt. Gebruik de voetbeschermers nooit om op te steunen. –...
Pagina 14
Gebruikershandleiding wordt beschreven. – Voer nooit onoordeelkundige wijzigingen aan uw voertuig uit, bij- voorbeeld verkeerde installatie of toepassing van accessoires. Gebruik alleen door BRP goedgekeurde accessoires. Installeer NOOIT een passa- giersstoel en laat nooit een passagier plaatsnemen op de bagagedrager. ___________...
Pagina 15
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN OPMERKING: De volgende illustraties zijn slechts algemene voorstellingen. Uw model kan hiervan afwijken. WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden met dit voertuig zonder aangepaste opleiding. WAT KAN ER GEBEUREN Het risico op een ongeval neemt aanzienlijk toe, wanneer de bestuurder niet weet hoe hij dit voertuig correct moet besturen in verschillende situaties en op verschillende soorten terreinen.
Pagina 16
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Niet-naleving van de leeftijdsaanbevelingen voor dit voertuig. WAT KAN ER GEBEUREN Wanneer deze leeftijdsaanbeveling niet wordt gerespecteerd, kan de jonge bestuurder ernstige of zelfs dodelijke verwondingen oplopen. Zelfs als een kind tot de leeftijdscategorie behoort waarvoor dit voertuig wordt aanbevolen, beschikt het niet altijd over de nodige vaardigheden en voldoende beoordelingsvermogen om veilig met dit voertuig te rijden.
Pagina 17
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Een passagier meenemen met dit voertuig. WAT KAN ER GEBEUREN Hierdoor wordt uw voertuig moeilijker bestuurbaar en raakt het sneller uit evenwicht. Dit kan tot een ongeluk leiden, waarbij u en/of uw passagier gewond raken. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Neem nooit een passagier mee.
Pagina 18
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Met dit voertuig op de openbare weg rijden. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt botsen met een ander voertuig. Op een verharde weg verandert het rijgedrag van uw voertuig aanzienlijk, waardoor u de controle kunt verliezen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Als de wegcode in uw streek het gebruik van uw voertuig op de openbare weg toelaat, begeef u dan enkel voor korte afstanden op de weg en enkel...
Pagina 19
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden met dit voertuig zonder een goedgekeurde helm, oogbescherming en beschermende kleding te dragen. WAT KAN ER GEBEUREN De volgende punten gelden voor alle ATV-bestuurders: – Wanneer u rijdt zonder goedgekeurde helm, neemt het risico op een ern- stig of zelfs dodelijk hoofdletsel bij een ongeval aanzienlijk toe.
Pagina 20
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden met dit voertuig onder invloed van alcohol of drugs. WAT KAN ER GEBEUREN Dit kan uw beoordelingsvermogen ernstig aantasten. Uw reactiesnelheid kan afnemen. Uw evenwicht en perceptie kunnen eronder lijden. U kunt een ernstig of dodelijk ongeluk krijgen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Gebruik nooit alcohol of drugs voor of tijdens het rijden met dit voertuig.
Pagina 21
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Te snel rijden met dit voertuig. WAT KAN ER GEBEUREN De kans dat u de controle over uw voertuig verliest en een ongeluk heeft neemt toe. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Pas uw snelheid altijd aan aan het terrein, de zichtbaarheid, de rijom- standigheden en uw ervaring.
Pagina 22
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden op twee wielen, springen en andere stunts. WAT KAN ER GEBEUREN Het risico dat u een ongeluk heeft, bijvoorbeeld kantelt, neemt toe. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Haal nooit stunts uit, zoals op twee wielen rijden of springen. Probeer niet op te scheppen.
Pagina 23
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Niet inspecteren van het voertuig voor het rijden. Niet goed onderhouden van het voertuig. WAT KAN ER GEBEUREN Hierdoor neemt het risico op ongevallen of beschadiging van de uitrusting toe. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Inspecteer uw voertuig voor elk gebruik, om te verzekeren dat het voertuig in goede staat verkeert.
Pagina 24
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden met de handen los van het stuur of de voeten los van de voetsteunen. WAT KAN ER GEBEUREN Zelfs met één hand of voet los heeft u minder controle over het voertuig. U kunt het evenwicht verliezen en van het voertuig vallen. Als u een voet van de voetsteun haalt, kan uw voet of been de achterwielen raken, zodat u ver- wondingen oploopt of een ongeluk heeft.
Pagina 25
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Niet extra voorzichtig rijden op onbekend terrein. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt op verborgen rotsblokken, bulten of gaten stoten zonder voldoende tijd om te reageren. Uw voertuig kan kantelen of oncontroleerbaar worden. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Rijd traag en wees extra voorzichtig wanneer u op onbekend terrein rijdt.
Pagina 26
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Niet extra voorzichtig rijden op zeer ruige, gladde of losse ondergrond. WAT KAN ER GEBEUREN Uw voertuig kan zijn grip verliezen en oncontroleerbaar worden. Dit kan lei- den tot een ongeluk, bijvoorbeeld kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Rijd nooit op te ruige, gladde of losse ondergrond, tot u de nodige vaardig- heid heeft verworven om uw voertuig onder controle te houden op dergelijk terrein.
Pagina 27
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd draaien. WAT KAN ER GEBEUREN Het voertuig kan onbestuurbaar worden en een aanrijding veroorzaken of kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Volg altijd de juiste procedures om te draaien, die u verder in deze Gebrui- kershandleiding vindt.
Pagina 28
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden op zeer steile hellingen. WAT KAN ER GEBEUREN Het voertuig kan sneller kantelen op zeer steile hellingen dan op vlakke on- dergrond of lichte hellingen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Begeef u met dit voertuig nooit op hellingen die te steil zijn voor het voertuig of voor uw rijvaardigheid.
Pagina 29
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd bergop rijden. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt de controle verliezen of het voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Volg altijd de juiste procedures om bergop te rijden, die u verder in deze Ge- bruikershandleiding vindt.
Pagina 30
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd bergaf rijden. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt de controle verliezen of het voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Volg altijd de juiste procedures om bergaf te rijden, die u verder in deze Ge- bruikershandleiding vindt.
Pagina 31
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd dwars op een helling rijden of keren op een helling. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt de controle verliezen of het voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Probeer nooit te keren op een heuvel, tot u de omkeertechniek op vlak terrein onder de knie heeft, die u verder in deze Gebruikershandleiding vindt.
Pagina 32
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Stilvallen, achteruit rollen of verkeerd afstappen tijdens het bergop rijden. WAT KAN ER GEBEUREN Uw voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Schakel naar een gepaste versnelling en houd een constante snelheid aan bij het bergop rijden. Als u niet meer vooruit komt: Houd uw gewicht aan de bergop-zijde.
Pagina 33
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd over hindernissen rijden. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt de controle verliezen of botsen. Het voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Controleer op hindernissen voordat u in een onbekend gebied gaat rijden. Probeer nooit over grote hindernissen, zoals grote rotsblokken of omgeval- len bomen, te rijden.
Pagina 34
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd slippen of schuiven. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt de controle over uw voertuig verliezen. U kunt ook plots opnieuw grip krijgen, waardoor het voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Oefen met lage snelheid op een vlak, effen terrein totdat u het slippende of schuivende voertuig veilig onder controle kunt houden.
Pagina 35
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Met het voertuig door diep of snel stromend water rijden. WAT KAN ER GEBEUREN De banden kunnen gaan drijven, waardoor u uw grip en de controle verliest en een ongeval kunt veroorzaken. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Rijd nooit met dit voertuig door snel stromend water of door water dat die- per is dan de specificaties verder in deze Gebruikershandleiding.
Pagina 36
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden met ongeschikte banden, met een verkeerde of ongelijkmatige ban- denspanning. WAT KAN ER GEBEUREN Wanneer u rijdt met ongeschikte banden of een verkeerde of ongelijkma- tige bandenspanning, kunt u de controle over het voertuig verliezen, een klapband krijgen of kunnen de banden loskomen van de velgen.
Pagina 37
Alle onderdelen en accessoires die u aan dit voertuig toevoegt, moeten goedgekeurd zijn door BRP en worden geïnstalleerd en gebruikt volgens de aanwijzingen. Met al uw bijkomende vragen kunt u bij een erkende Can-Am dealer terecht.
Pagina 38
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Overladen van dit voertuig of verkeerd dragen of slepen van lasten. WAT KAN ER GEBEUREN Het rijgedrag van het voertuig kan veranderen, wat tot ongelukken kan lei- den. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Overschrijd nooit de aangegeven maximale lading van dit voertuig, inclu- sief bestuurder, alle lasten en bijkomende accessoires.
Pagina 39
BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Het transport van ontvlambare of gevaarlijke materialen kan tot ontploffin- gen leiden. WAT KAN ER GEBEUREN Dat kan ernstig letsel of de dood tot gevolg hebben. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Vervoer nooit ontvlambare of gevaarlijke materialen. Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan lei-...
Pagina 40
ATV-clubs of een erkende ATV-opleidingsorganisatie. BRP raadt het gebruik van dit voertuig door personen van jonger dan 16 jaar af. Voor de veiligheid van uw kinderen vragen we u met aandrang, deze aanbeveling te respecteren en af te dwingen.
Pagina 41
RIJDEN MET UW VOERTUIG Inspectie voor het vertrek WAARSCHUWING Voer voor uw vertrek telkens een inspectie uit om potentiële problemen onderweg voor te zijn. De inspectie voor het vertrek helpt u om slijtage en achteruitgang op te sporen voordat die problematisch wordt. Corrigeer alle ontdekte problemen om het risico op een panne of ongeluk te vermijden.
Pagina 42
RIJDEN MET UW VOERTUIG – Respecteer de maximale lading als u lasten vervoert. Zorg ervoor dat de lading goed aan het voertuig wordt bevestigd. – Kijk en voel of er onderdelen loszitten terwijl de motor niet draait. Controleer de bevestigingen. –...
Pagina 43
RIJDEN MET UW VOERTUIG Transport van lasten Elke last die op het voertuig wordt vervoerd zal de handelbaarheid, stabiliteit en remafstand van het voertuig beïnvloeden. Daarom mag u de maximale lading die de voertuigfabrikant voorschrijft nooit overschrijden. Zorg ervoor dat de last stevig vastzit en de besturing van het voertuig niet kan hinderen.
Pagina 44
RIJDEN MET UW VOERTUIG MAXIMALE LADING Totale toegelaten 100 kg Inclusief bestuurder, alle andere lasten belasting van het (220 lb) en toegevoegde accessoires voertuig Recreatief gebruik Respecteer de rechten en beperkingen van anderen. Begeef u niet in zones die zijn voorbehouden aan andere offroad-activiteiten. Daartoe behoren paden voor sneeuwscooters, ruiters, langlaufsporen, mountainbikeparcours enz.
Pagina 45
RIJDEN MET UW VOERTUIG Respecteer de regel “breng terug wat u meeneemt”. Laat geen afval achter. Maak geen kampvuur tenzij u hiervoor toelating heeft en dan alleen ver genoeg van droge plaatsen. De gevaren die u veroorzaakt op uw weg kunnen anderen en uzelf schade berokkenen, zelfs op een later tijdstip.
Pagina 46
RIJDEN MET UW VOERTUIG Activeer de parkeerrem altijd wanneer u stilstaat of parkeert. Dit is vooral belang- rijk wanneer u op een helling parkeert. Op erg steile hellingen of als het voertuig geladen is, moeten de wielen worden geblokkeerd met stenen of bakstenen. Bergop rijden Door zijn configuratie kan dit voertuig uitstekend klimmen, zo goed zelfs dat het eerder zal kantelen dan zijn tractie verliezen.
Pagina 47
RIJDEN MET UW VOERTUIG Rijtechnieken Wanneer u sneller rijdt dan de omstandigheden toelaten, kunt u verwondingen op- lopen. Geef maar net genoeg gas om veilig vooruit te komen. Uit statistieken blijkt dat snel genomen bochten vaak tot ongelukken en verwondingen leiden. Vergeet nooit dat dit voertuig zwaar is! Als hij met zijn volle gewicht op u valt kunt u makke- lijk gekneld raken.
Pagina 48
RIJDEN MET UW VOERTUIG Hoewel dit voertuig is uitgerust met een goede ophanging, kan het rijden op uiterst ruig terrein u een onaangenaam gevoel geven of zelfs rugletsels veroor- zaken. Vaak moet u in gehurkte houding rijden. Vertraag in dit geval en vang de schokken op met uw gebogen benen.
Pagina 49
RIJDEN MET UW VOERTUIG Water vermindert het remvermogen van uw voertuig. Laat de remmen altijd dro- gen door ze meermaals te activeren, wanneer het voertuig weer op het droge is. Nabij water is er vaak modder of moerasland. Let op voor onverwachte gaten of inzinkingen.
Pagina 50
RIJDEN MET UW VOERTUIG Begint u toch te slippen of schuiven, draai het stuur dan in de richting waarin u slipt tot u het voertuig opnieuw onder controle heeft. U mag nooit bruusk remmen en de wielen blokkeren. Respecteer en volg de signalisatie langs het pad. Ze is daar geplaatst om u en an- deren te helpen.
Pagina 51
RIJDEN MET UW VOERTUIG Bergop Verplaats uw lichaamsgewicht naar voor, naar de top van de heuvel toe. Houd uw voeten op de voetsteunen en schakel naar een lagere versnelling, geef dan gas en schakel indien nodig snel terwijl u klimt. Rijd niet te snel. Anders kan de neus van het voertuig van de grond komen en kan het voertuig op u vallen.
Pagina 52
RIJDEN MET UW VOERTUIG Bergaf Verplaats uw lichaamsgewicht naar achter. Rem geleidelijk om niet te slippen. “Rol” niet naar beneden enkel met behulp van motorcompressie of in vrijloop. ___________ ___________ VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 53
RIJDEN MET UW VOERTUIG Dwars op een helling rijden Dit is één van de gevaarlijkste manieren van rijden, omdat het evenwicht van het voertuig drastisch verandert. Vermijd dit zoveel mogelijk. Als het toch noodzake- lijk is, verplaats dan ALTIJD uw lichaamsgewicht naar de top van de helling toe en houd u klaar om er aan deze zijde af te springen mocht het voertuig beginnen kan- telen.
Pagina 54
LOSHANGEND ETIKET Dit voertuig wordt geleverd met een loshangend etiket aan het stuur en labels die belangrijke veiligheidsinformatie bevatten. Elke persoon die met dit voertuig rijdt moet deze informatie gelezen en begrepen hebben voor zijn vertrek. vmo2009-007-100_en ___________ ___________ VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 55
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT De volgende labels bevinden zich op uw voertuig en moeten als vaste on- derdelen van het voertuig worden be- schouwd. Als ze ontbreken of bescha- digd zijn, kunnen ze kosteloos worden vervangen. Raadpleeg een erkende Can-Am dealer.
Pagina 57
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT vmo2008-011-090 ETIKET 6 vmo2008-018-029_a 1. Locatie etiket 7 vmo2008-011-025_e 1. Locatie etiket 6 vmo2008-011-088_en ETIKET 7 ___________ __________ VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 58
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT ___________ ___________ VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 59
VOERTUIG- INFORMATIE _____________________...
Pagina 60
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/ UITRUSTING OPMERKING: Sommige bedieningselementen/instrumenten/uitrusting zijn opties. vmo2008-018-033_c Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan lei- den tot ernstige of dodelijke verwondingen. ______________________...
Pagina 61
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING vmo2008-018-032_b vmo2008-018-031_a _____________________...
Pagina 62
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING vmo2008-011-001_a vmo2008-018-028_a 1. Gashendel 2. Om te versnellen 3. Om te vertragen WAARSCHUWING Laat de gashendel altijd los voor- dat u schakelt. Wanneer u schakelt terwijl u gas geeft, kunt u de con- trole verliezen en kan het voertuig kantelen of mechanische schade oplopen.
Pagina 63
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING 3) Koppelingshendel Druk deze hendel in om te ontkoppe- len. Laat de hendel los om te koppelen. vmo2008-011-002_a TYPISCH 1. Remhendel 2. Om te remmen Afregeling remhendel De remhendel kan worden afgeregeld vmo2008-011-004_a volgens de voorkeuren van de bestuur- TYPISCH der.
Pagina 64
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING vmo2008-018-013_b vmo2008-018-014_b 1. Parkeerremhendel STAND AAN 1. Parkeerremhendel 2. Trekken om de parkeerrem te activeren WAARSCHUWING Controleer of het voer- Gebruik de parkeerrem altijd wan- MERK OP tuig veilig ter plaatse blijft wanneer neer het voertuig niet in gebruik is. de parkeerrem is geactiveerd.
Pagina 65
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING Om de richtingaanwijzers aan te zet- 5) Dimlichtschakelaar ten drukt u op de linker- of rechterscha- Met deze schakelaar worden de ver- kelaar, afhankelijk van de gewenste stralers gekozen. richting. Zet de schakelaar terug in het midden na afloop van uw manoeuvre. 7) Motorstopschakelaar Deze schakelaar dient om de motor stil te leggen en als noodstopknop.
Pagina 66
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING De knipperlichtindicator knippert om 8) Claxonknop aan te geven dat de knipperlichten Deze knop dient om te claxonneren. werken. vmo2008-018-024_a vmo2008-018-021_c 1. Knipperlichtindicator 1. Knop voor de claxon 10) Motorstartknop 9) Waarschuwingsknop De knop dient om de motor te starten. Deze schakelaar dient om alle richting- aanwijzers tegelijk te laten knipperen.
Pagina 67
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING Snelheidsmodus 11) Multifunctionele meter Dit voertuig is uitgerust met een elek- In deze stand toont de display de snel- tronische multifunctionele meter. heid van het voertuig in km/u of in MPH. WAARSCHUWING Stel op het multifunctionele in- strumentenbord geen functies af terwijl u het voertuig bestuurt.
Pagina 68
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING Moduswissel Om over te schakelen tussen de dis- plays, gaat u als volgt te werk. 1. Draai de contactsleutel in de AAN (ON) stand. Wacht tot de “begroe- ting“ is afgelopen. 2. Druk eenmaal op de keuzetoets vmr2007-050-002_n en laat deze los, om de OD-display 1.
Pagina 69
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING 12) Contactschakelaar Uurmeter (motoruren) De uurmeter registreert de bedrijfs- Sleutelschakelaar met 3 standen. duur van de motor. Meldingen op de multifunctionele display Zie het hoofdstuk OPLOSSEN VAN PROBLEMEN. Verklikkerlichtjes vmo2008-018-012_a STANDEN CONTACTSCHAKELAAR 1. UIT (OFF) 2. AAN (ON) “met koplampen” 3.
Pagina 70
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING 13) Verklikkerlichtjes 15) Gereedschapstas De gereedschapsset bevindt zich in het servicecompartiment onder de zit- ting. vmo2008-018-026_a 1. Verklikkerlichtje te laag brandstofpeil 2. Verklikkerlichtje vrijloop (N) De schakelhendel staat in vrij- vmo2008-011-029_a loop. 1. Gereedschapstas De gereedschapsset bevat gereed- Brandstofpeil laag. Er is nog schap voor het basisonderhoud.
Pagina 71
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING Verwijderen van de zitting WAARSCHUWING Trek de vergrendelknop achteruit, ter- Let erop dat de zitting stevig is ver- wijl u de achterrand van de zitting voor- grendeld voordat u gaat rijden. zichtig oplicht. Licht de zitting verder op tot u de be- 17) Achterrempedaal vestigingen kunt losmaken en verwij- Door dit pedaal in te drukken worden...
Pagina 72
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING WAARSCHUWING Vergeet het slot niet te verwijderen voordat u met het voertuig rijdt. De slotbeugels bevinden zich aan de basis van de stuurkolom. vmo2009-001-102_a 1. Chassisbeugel 2. Stuurkolombeugel Draai de wielen naar rechts om de ope- ningen van het chassis en de beugels van de stuurkolom tegenover mekaar te brengen.
Pagina 73
BRANDSTOF Aanbevolen brandstof Gebruik super loodvrije benzine van de pomp of geoxygeneerde brandstof met maximaal 10 % ethanol of me- thanol. De gebruikte benzine moet het volgende aanbevolen minimale oc- taangetal hebben. MINIMAAL OCTAANGETAL 95 RON vmo2008-011-106_a TYPISCH 1. Dop brandstoftank Experimenteer nooit MERK OP...
Pagina 74
GEBRUIKSAANWIJZING Gebruik tijdens de De motor starten inrijperiode Steek de sleutel in het contactslot en schakel naar AAN. Motor Het voertuig moet een inrijperiode van 10 bedrijfsuren doorlopen, alvorens u langdurig volgas mag geven. Tijdens deze periode mag u maximaal 1/2 tot 3/4 gas geven.
Pagina 75
GEBRUIKSAANWIJZING Schakelen Schakelen Dit voertuig heeft vijf versnellingen. Om te schakelen drukt u de koppe- lingshendel in en bedient het schakel- pedaal als volgt. WAARSCHUWING Gebruik altijd de koppelingshen- del om op of terug te schakelen. vmo2008-011-019_c Eén volledige slag van het pedaal scha- kelt de transmissie telkens één ver- snelling hoger of lager.
Pagina 76
GEBRUIKSAANWIJZING WAARSCHUWING Laat de gashendel altijd los voor- dat u schakelt. Wanneer u schakelt terwijl u gas geeft, kunt u de con- trole verliezen en kan het voertuig kantelen. Zet de parkeerrem hele- MERK OP maal af voordat u met uw voertuig gaat rijden.
Pagina 77
GEBRUIKSAANWIJZING Onderhoud na gebruik Als u uw voertuig in een zoutwater-om- geving heeft gebruikt, moet u het af- spoelen met zoetwater om het voer- tuig en al zijn onderdelen in goede staat te houden. We raden u met aandrang aan, metalen onderdelen te smeren. Gebruik XP-S smeerolie (Stuknr.
Pagina 78
GEBRUIKSAANWIJZING Wat als het voertuig onder water staat? Als het voertuig onder water komt, moet u het zo snel mogelijk naar een erkende Can-Am dealer brengen. START DE MOTOR NOOIT! ondergedompeld MERK OP voertuig kan ernstige schade oplo- pen als het niet op de juiste wijze wordt herstart.
Pagina 79
UW RIT AANPASSEN Afregeling voorophanging WAARSCHUWING De afstelling van de ophanging WAARSCHUWING kan de bestuurbaarheid van het voertuig beïnvloeden. Neem – De voorschokdempers staan steeds de tijd om vertrouwd te onder druk. raken met het rijgedrag van het – Bij verhitting of perforatie is er voertuig nadat de ophanging is af- explosiegevaar.
Pagina 80
UW RIT AANPASSEN Compressie afstellen (hoge snelheid) Alleen X-pakket Stel dit af met een moersleutel van 17 mm. vmo2008-011-056_a AFREGELING VOORBELASTING A. Zelfde lengte Compressie afstellen (lage snelheid) Gebruik een platte schroevendraaier voor deze afregeling. vmo2008-021-004_b TYPISCH — ENKEL X PACKAGE 1.
Pagina 81
UW RIT AANPASSEN Door draaien in wijzerzin (H) verhoogt Compressie afstellen de schokdemping (stijver). Gebruik een platte schroevendraaier Door draaien in tegenwijzerzin (S) ver- voor deze afregeling. laagt de schokdemping (zachter). Afregeling achterophanging Afregeling veervoorbelasting Afregelen als volgt. vmo2008-011-060_a 1. Compressieregelaar (platte schroevendraaier) Door draaien in wijzerzin (H) verhoogt de schokdemping (stijver).
Pagina 82
UW RIT AANPASSEN Door draaien in tegenwijzerzin (S) ver- Hef de voorkant van het voertuig op. laagt de schokdemping (zachter). De veerlengte moet worden gemeten met onbelaste wielen. Fabrieksinstellingen ophanging Als u de voor- en/of achterophanging om een of andere reden terug op de fabrieksinstellingen wilt afstellen, kan dit als volgt.
Pagina 83
UW RIT AANPASSEN Compressie (hoge snelheid) X-pakket Draai de compressieregelaar linksom Alleen X-pakket (8 klikjes) om terug te keren naar de Stel dit af met een moersleutel van fabrieksinstelling. 17 mm. vmo2008-011-080_b vmo2008-021-004_b X-PAKKET — FABRIEKSINSTELLING ALLEEN X-PAKKET Stap 1: In wijzerzin draaien tot hij stopt 1.
Pagina 84
UW RIT AANPASSEN Terugvering Achterwielophanging Veervoorbelasting Alle modellen Gebruik een platte schroevendraaier Afregelen als volgt. voor deze afregeling. vmo2008-011-076_a vmo2008-011-075_a AFREGELING VOORBELASTING Stap 1: Draai de bovenste borgring los 1. Regelaar terugvering (platte Stap 2: Draai de regelring in de gewenste stand schroevendraaier) Stap 3: Draai de bovenste borgring aan Eerst draait u de terugveringsregelaar...
Pagina 85
UW RIT AANPASSEN vmo2008-011-077_a vmo2008-011-060_a 1. Regelaar terugvering (platte schroevendraaier) 1. Compressieregelaar (platte schroevendraaier) Eerst draait u de terugveringsregelaar Eerst draait u de compressieregelaar in in wijzerzin tot hij stopt. wijzerzin tot hij stopt. Dan draait u de terugveringsregelaar in Dan draait u de compressieregelaar in tegenwijzerzin (9 klikjes) om terug te tegenwijzerzin (9 klikjes) om terug te...
Pagina 86
TRANSPORT VAN HET VOERTUIG Bevestig het te transporteren voertuig met geschikte bevestigingsmiddelen aan de aanhangwagen of pick-up. Ge- woon touw wordt niet aanbevolen. WAARSCHUWING Kantel dit voertuig nooit op zijn achterkant om het te transporte- ren. We raden u aan het voertuig in zijn normale positie (op zijn 4 wielen) te transporteren.
Pagina 87
ONDERHOUDS- INFORMATIE _____________________...
Pagina 88
ONDERHOUDSSCHEMA Het onderhoud is zeer belangrijk om uw voertuig in een veilig functionerende toe- stand te houden. De eigenaar is verantwoordelijkheid voor een behoorlijk onder- houd. Voer de periodieke controles uit en volg het onderhoudsprogramma. WAARSCHUWING Als het voertuig niet behoorlijk volgens het onderhoudsprogramma en de onderhoudsprocedures wordt onderhouden kan dat rijden op het voertuig onveilig maken.
Pagina 89
ONDERHOUDSSCHEMA PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA EERSTE INSPECTIE 10 UUR OF 400 KM (Uit te voeren door een erkende Can-Am dealer. Het eerste onderhoud is zeer belangrijk en mag niet worden overgeslagen.) C: REINIGEN I: INSPECTEER EN 25 U OF 1.250 KM REGEL WAAR 50 U OF 2.500 KM NODIG L: SMEREN...
Pagina 90
ONDERHOUDSSCHEMA PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA EERSTE INSPECTIE 10 UUR OF 400 KM (Uit te voeren door een erkende Can-Am dealer. Het eerste onderhoud is zeer belangrijk en mag niet worden overgeslagen.) C: REINIGEN I: INSPECTEER EN 25 U OF 1.250 KM REGEL WAAR 50 U OF 2.500 KM NODIG L: SMEREN...
Pagina 91
ONDERHOUDSSCHEMA PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA EERSTE INSPECTIE 10 UUR OF 400 KM (Uit te voeren door een erkende Can-Am dealer. Het eerste onderhoud is zeer belangrijk en mag niet worden overgeslagen.) C: REINIGEN I: INSPECTEER EN 25 U OF 1.250 KM REGEL WAAR 50 U OF 2.500 KM NODIG L: SMEREN...
Pagina 92
ONDERHOUDSSCHEMA PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA EERSTE INSPECTIE 10 UUR OF 400 KM (Uit te voeren door een erkende Can-Am dealer. Het eerste onderhoud is zeer belangrijk en mag niet worden overgeslagen.) C: REINIGEN I: INSPECTEER EN 25 U OF 1.250 KM REGEL WAAR 50 U OF 2.500 KM NODIG L: SMEREN...
Pagina 93
ONDERHOUDSSCHEMA Vervanging van motorolie en filter na 5 uur De Can-Am DS 450/X is de meest geavanceerde sport-ATV. In het ontwerp werd gebruik gemaakt van de nieuwste technologie tot en met de synthetische meerla- gige oliefilter en inrijolie. De DS 450/X behoudt het hoogste prestatieniveau door de inrijolie en -filter te vervangen na 3 tankbeurten of 5 uur rijden (afhankelijk van wat het eerst voorvalt).
Pagina 94
ONDERHOUDSPROCEDURES – Verwijder de peilstok en maak hem Motorolie schoon. – Schroef de peilstok in tot hij de bo- Motoroliepeil dem raakt. De motorolietank bevindt zich vooraan de motor. – Verwijder de peilstok en lees het oliepeil af. Het peil moet dichtbij of Controleer het peil re- MERK OP op het bovenste merkteken zitten.
Pagina 95
ONDERHOUDSPROCEDURES XP-S 5W40 syntheti- MERK OP sche olie werd speciaal ontwikkeld en getest voor deze zeer veeleisende motor. Gebruik geen andere syn- thetische olie, mengsel van synthe- tische olie of speciale additieven voor Can-Am ATV's met natte kop- peling. Er is momenteel geen enkel gelijkwaardig product op de markt.
Pagina 96
ONDERHOUDSPROCEDURES Let op dat u de O-ring MERK OP niet beschadigt bij het aanbrengen van de uitlaatkoppeling op de olie- tank. Smeer de O-ring met wat olie om de montage te vergemakkelij- ken. vmo2008-011-066_a LINKERKANT VAN VOERTUIG 1. Bevestigingsbouten 2. Tankuitlaatkoppeling 3.
Pagina 97
ONDERHOUDSPROCEDURES Verwijder de oliefilter en breng er een Motorkoelvloeistof nieuwe aan. Motorkoelvloeistofpeil OPMERKING: Controleer de O-ring en vervang hem indien nodig. WAARSCHUWING Controleer koelmiddelpeil wanneer de motor koud is. Voeg nooit koelmiddel toe aan het koel- systeem terwijl de motor heet is. De dop van de motorkoelvloeistoftank zit onder het toegangsdeksel naast de brandstoftankdop.
Pagina 98
ONDERHOUDSPROCEDURES vmo2008-011-026_c vmo2008-011-033_b 1. Vergrendeling zitting Verwijder de vuldop. Verwijder de dop van de brandstoftank. Wanneer het voertuig op een vlak op- pervlak staat, wordt een correct vloei- stofpeil waargenomen door de ope- ning in de reservoirdop. vmo2008-011-028_c Maak de lipjes van het deksel los van de fascia.
Pagina 99
ONDERHOUDSPROCEDURES Vul het koelsysteem met BRP voorge- mengd koelmiddel (Stuknr. 219 700 362) of met gedestilleerd water en een antivriesoplossing (50 % water, 50 % antivries). Vervanging motorkoelvloeistof WAARSCHUWING Verwijder de dop van de koelvloei- vmo2008-011-107_a stoftank niet en draai de motoraf-...
Pagina 100
ONDERHOUDSPROCEDURES Laat de motor stationair draaien met verwijderde koelvloeistoftankdop. Voeg langzaam koelvloeistof toe in- dien nodig. Niet overvullen. Wanneer het voertuig op een vlak op- pervlak staat, wordt een correct vloei- stofpeil waargenomen door de ope- ning in de reservoirdop. vmo2008-011-042_b LINKERKANT VAN DE MOTOR 1.
Pagina 101
ONDERHOUDSPROCEDURES Bevestig de dop op de koelvloeistof- tank. Inspecteer alle aansluitingen op lekkage. Monteer alle verwijderde onderdelen zorgvuldig opnieuw. Luchtfilter Luchtfilter/voorfilter Luchtfilter/voorfilter verwijderen vmo2008-018-018_a Verwijder of wijzig geen MERK OP 1. Klem enkel onderdeel van het luchtfilter- huis. Gebruik altijd originele on- Verwijder de voorfilter uit de luchtfilter.
Pagina 102
ONDERHOUDSPROCEDURES Reinig het luchtfilterhuis vanbinnen terwijl de filter ligt te weken. Spoel de luchtfilter met warm water. Druk de schuimstof samen om het overtollige water te verwijderen. Laat de luchtfilter grondig drogen. OPMERKING: Een beetje stof kan worden verwijderd met een lage- druk-luchtpistool.
Pagina 103
ONDERHOUDSPROCEDURES WAARSCHUWING Voer dit werk nooit uit wanneer de motor net heeft gedraaid, omdat het uitlaatsysteem dan erg heet is. Verwijder de vonkafleider uit de knal- pot door de schroeven van het begren- zerplaatje los te draaien en te verwijde- ren.
Pagina 104
ONDERHOUDSPROCEDURES Afregeling koppeling LET OP Maak de radiator nooit schoon met uw handen terwijl hij OPMERKING: X-pakketmodellen zijn nog heet is. Laat de te reinigen radi- uitgerust met een snelle kabelstel- ator eerst afkoelen. schroef, zodat bij dit soort schroef geen borgmoer aanwezig is.
Pagina 105
ONDERHOUDSPROCEDURES Afregeling koppelingshendel Afregeling koppelingsdeksel Draai de borgmoer van de kabelstel- Wanneer de schroef aan MERK OP schroef los. het koppelingsdeksel moet worden bijgeregeld, wijst dit op slijtage van de koppelingsplaten. Het is daarom ten zeerste aangeraden de koppe- lingsplaten te laten inspecteren door een erkende Can-Am dealer.
Pagina 106
ONDERHOUDSPROCEDURES Plaats het speciale werktuig uit de ge- Draai de schroef vervolgens 3/8 tot 1/2 reedschapsset op de borgmoer. toer in tegenwijzerzin, weg van het contactpunt. Houd de stelschroef tegen met een platte schroevendraaier en draai de borgmoer in wijzerzin vast met het speciale werktuig.
Pagina 107
ONDERHOUDSPROCEDURES Span ze niet te hard MERK OP aan. vmo2008-011-001_d 1. Verwijder de schroeven Koppel de kabel los van de gashendel. vmo2008-011-042_c 1. Toegangsdop Regel de koppelingshendel correct af. Zie AFREGELING KOPPELINGSHEN- DEL hierboven. Brandstofsysteem Gaskabel Smering gaskabel De gaskabel moet worden gesmeerd met kabelsmeerolie (Stuknr.
Pagina 108
ONDERHOUDSPROCEDURES WAARSCHUWING Draag altijd oogbescherming en handschoenen om een kabel te smeren. OPMERKING: Leg een lap rond het kabelsmeertoestel om oliespatten te voorkomen. Spuit smeermiddel in tot het door de kabel naar buiten komt. vmo2008-011-101_a LINKERKANT VAN DE MOTOR 1. Verwijder de schroef 2.
Pagina 109
ONDERHOUDSPROCEDURES vmo2008-011-072_a 1. Rubberbescherming vmo2008-011-001_c Draai de borgmoer los en draai aan de 1. Gashendel afstelschroef tot de gashendel de juis- A. 2 tot 4 mm te speling heeft. Bougies Verwijdering van de bougies Koppel de bougiekabels los. vmo2008-011-073_a 1. Borgmoer 2.
Pagina 110
ONDERHOUDSPROCEDURES Verwijderen van de accu WAARSCHUWING Verwijder de zitting. Zet altijd een veiligheidsbril op wanneer u met perslucht werkt. Koppel eerst de ZWARTE (–) kabel los en dan de RODE (+). Draai de bougies los en verwijder ze. WAARSCHUWING Demonteer altijd in deze volgorde; koppel de ZWARTE (–) kabel eerst los.
Pagina 111
ONDERHOUDSPROCEDURES Smeer de pool met diëlektrisch vet (Stuknr. 293 550 004) of een gelijk- waardig middel ter bescherming tegen oxidatie. Zekeringen Het elektrisch systeem is beveiligd met zekeringen. Vervang een defecte vmo2008-011-081_a zekering altijd door een zekering met BESCHRIJVING dezelfde capaciteit. 1.
Pagina 112
ONDERHOUDSPROCEDURES OPMERKING: Op de volgende illus- Inspectie/vervanging zekeringen traties werd de koplampbehuizing van Om de zekering uit de houder te halen het voertuig verwijderd om een duide- trekt u ze naar buiten. Controleer of de lijker beeld te geven. draad is gesmolten. Om de koplamp te vervangen gaat u als volgt te werk.
Pagina 113
ONDERHOUDSPROCEDURES Hef de houderclip op en verwijder de lamp. vmo2008-018-040_a Stel de hoek van de koplampbehuizing manueel af. vmo2008-018-037 Stel de twee koplampen gelijk af. TYPISCH Als ze correct zijn afgesteld draait u de Installeer de verwijderde onderdelen schroef opnieuw aan. opnieuw correct in de omgekeerde volgorde dan waarin u ze heeft verwij- Lampen van de standlichten...
Pagina 114
ONDERHOUDSPROCEDURES Steek de standlichtfitting terug in de koplampbehuizing door ze in de ope- ning te duwen. Lamp van het achterlicht vervangen Schroef de lensschroeven los om aan de lamp te kunnen. vmo2008-011-050_a TYPISCH 1. Console Koppel de draden van het defecte ver- klikkerlichtje los.
Pagina 115
ONDERHOUDSPROCEDURES Plaats het voertuig op een vlak opper- Aandrijfketting vlak en schakel in VRIJLOOP. Regel de aandrijfketting voor elke rit af. Draai de borgbouten van de achteras los. WAARSCHUWING Draai de contactsleutel altijd in de stand OFF (UIT), alvorens de aan- drijfketting te inspecteren, af te regelen of te smeren, tenzij anders aangegeven.
Pagina 116
ONDERHOUDSPROCEDURES Draai de borgbouten van de achteras Banden/Wielen aan tot 48 N•m. WAARSCHUWING Aandrijfkettinggeleider Let er bij de vervanging van de Inspecteer de aandrijfkettinggeleider banden op dat u nooit een diago- regelmatig, zie ONDERHOUDSSCHE- naalband combineert met een ra- diaalband. Deze combinatie kan tot besturings- en/of stabiliteits- Vervang de kettinggeleider als hij ver- problemen leiden.
Pagina 117
ONDERHOUDSPROCEDURES Voor uw comfort zit er een drukmeter in het gereedschapskistje. VOOR- ACHTER- BANDENSPANNING MAXIMUM 48 kPa 100 kg MINIMUM 34,5 kPa Hoewel de banden speciaal zijn ont- worpen voor offroad-toepassingen, kan een platte band nog steeds voor- komen. Daarom wordt aangeraden, vmo2008-011-103 een bandenpomp en een reparatieset SCHIJFBESCHERMER...
Pagina 118
ONDERHOUDSPROCEDURES Voorwiellagers WAARSCHUWING Rijd nooit met een voertuig met de- Voorwiellagers inspecteren fecte onderdelen in de ophanging. Duw en trek aan de bovenrand van de wielen om de speling te voelen. Raad- Voorwielophanging pleeg een erkende Can-Am dealer als u enige speling vaststelt.
Pagina 119
ONDERHOUDSPROCEDURES Achterwielophanging Gasregelaar en draaiarm smeren Smeer ze met olie voor ophangingen (Stuknr. 293 550 033) op de aangege- ven smeerpunten. vmo2008-011-010_a TYPISCH 1. Voorrem-vloeistofreservoir Controleer het remvloeistofpeil door het kijkglas in het reservoirdeksel. Een DONKERE kleur wijst op een goed vloeistofpeil.
Pagina 120
ONDERHOUDSPROCEDURES vmo2009-005-009 JUISTE PLAATS vmo2008-011-013_a DIT BEVINDT ZICH NAAST HET RECHTERACHTERSPATBORD. 1. Achterrem-vloeistofreservoir Dit moet boven het MIN. merkteken liggen. vmo2009-005-010_a FOUTE PLAATS Aanbevolen remvloeistof Gebruik altijd remvloeistof die voldoet aan de specificatie DOT 4. Om ernstige schade aan MERK OP het remsysteem te voorkomen, mag u geen andere vloeistoffen dan de aanbevolen...
Pagina 121
ONDERHOUDSPROCEDURES Voer de volgende controles uit om de Was de carrosserie indien nodig met remmen in goede conditie te houden: heet zeepsop (gebruik enkel mil- de reinigingsproducten). Breng een – Remvloeistofpeil niet-schurende wax aan. – Remsysteem op vloeistoflekkage – Rem op sponsachtig aanvoelen Reinig kunststofonder- MERK OP –...
Pagina 122
BEWARING EN VOORBEREIDING OP HET RIJSEIZOEN WAARSCHUWING Laat een erkende Can-Am dea- ler nakijken of het brandstofsys- teem intact is volgens het ONDER- HOUDSSCHEMA. Als u het voertuig langer dan vier maan- den niet gebruikt, is een correcte op- slag noodzakelijk. Uw erkende Can-Am dealer kan u hier meer over vertellen.
Pagina 123
TECHNISCHE INFORMATIE _____________________...
Pagina 124
Elke erkende Can-Am dealer heeft deze nummers nodig om reparaties onder garantie uit te voeren. Er wordt geen garan- tie geboden door BRP als het moto- ridentificatienummer (E.I.N.) of het voertuigidentificatienummer (V.I.N.) vmo2008-011-026_b werd verwijderd of onleesbaar werd TYPISCH —...
Pagina 125
De EG Conformiteitsverklaring is niet opgenomen in deze versie van de Gebruikershandleiding. U vindt deze in de gedrukte versie die bij uw voertuig werd geleverd. ddd2009-001...
Pagina 126
Slag 60,8 mm 11,8:1 Compressieverhouding Droog carter met vervangbare oliefilter Smering (smering van motor en transmissie tegelijk) Decompressor Automatisch Uitlaatsysteem BRP, roestvrij staal Luchtfilter 2-traps schuimfilter TRANSMISSIE Koppeling Natte meerschijvenkoppeling Geïntegreerde transmissie, 5 versnellingen, Transmissie constant mesh KOELSYSTEEM Vloeistofkoeling met geïntegreerde...
Pagina 127
SPECIFICATIES MODEL DS 450/DS 450 X ELEKTRISCH SYSTEEM Merk Denso Magneetgenerator Type 250 W @ 6.000 TPM Ontstekingstype DI (digitale inductie) Timing van de ontsteking Niet regelbaar Motortoerentalbegrenzer 10.250 TPM (elke versnelling in vooruit) Merk Ontstekingsbougie Type DCPR9E Tussenruimte 0,7 tot 0,8 mm Aantal bougies Type Onderhoudsvrije accu...
Pagina 128
SPECIFICATIES MODEL DS 450/DS 450 X OPHANGING Onafhankelijke ophanging — dubbele A-arm Type Vooraan X: HPG (volledig instelbaar) 241 mm Veerweg Stijve draaiarm Type Achteraan X: HPG (volledig instelbaar) Veerweg 267 mm BANDEN Vooraan Druk maximaal 48 kPa (max. 100 kg) minimaal 34,5 kPa Achteraan Vooraan...
Pagina 129
Can-Am ATV's met natte koppeling. Zie ONDERHOUD voor meer informatie. Ethyleenglycol/watermengsel (50 % koelvloeistof, 50 % gedestilleerd water). Koelvloeistof Gebruik voorgemengde koelvloeistof van BRP of een speciale koelvloeistof voor aluminiummotoren. Type Loodvrije super-benzine Brandstof Octaangetal 95 RON...
Pagina 130
OMREKENKAART CONVERSIEFACTOREN VOOR DE CONVERSIE VERMENIGVULDIGEN NAAR 25,4 2,54 in² cm² 6,45 in³ cm³ 16,39 28,35 0,45 lbf•in N•m 0,11 lbf•ft N•m 1,36 lbf•ft lbf•in 6,89 imp. oz U.S. oz 0,96 imp. gal U.S. gal imp. gal 4,55 29,57 U.S. oz U.S.
Pagina 131
PROBLEMEN OPLOSSEN _____________________...
Pagina 132
TECHNISCHE RICHTLIJNEN MOTOR DRAAIT NIET 1. Contactschakelaar staat op UIT (OFF). – Zet de schakelaar op AAN (ON). 2. De motorstopschakelaar staat UIT (OFF). – Zet de schakelaar op AAN (ON). 3. Transmissie staat niet in VRIJLOOP . – Zet de transmissie in VRIJLOOP of druk de koppelingshendel in. 4.
Pagina 133
TECHNISCHE RICHTLIJNEN MOTOR WENTELT MAAR START NIET (vervolg) 4. Bougie/ontsteking (geen vonk). – Controleer de toestand van de ontstekingszekering. – Verwijder de bougies en verbind de bougiekapjes opnieuw. – Controleer of de contactschakelaar en de motorstopschakelaar op AAN (ON) staan. –...
Pagina 134
TECHNISCHE RICHTLIJNEN OVERVERHITTING VAN DE MOTOR (vervolg) 3. Koelventilator draait niet. – Controleer de zekering van de koelventilator, zie ONDERHOUDSINFOR- MATIE. Als de zekering goed is, neem dan contact op met een erkende Can-Am dealer. MOTORTERUGSLAG 1. Defecte bougies (koolstofophoping). –...
Pagina 135
TECHNISCHE RICHTLIJNEN VOERTUIG BEREIKT MAXIMUMSNELHEID NIET (vervolg) 3. Luchtfilter/behuizing verstopt of vuil. – Controleer de filter en reinig hem indien nodig. – Controleer de afvoer van het luchtfilterhuis op vloeistof/vuilafzetting. TRANSMISSIE SCHAKELT NIET VLOT 1. Motor/transmissieoliepeil te laag. – Vul de olietank tot het juiste niveau met de aanbevolen olie. 2.
Pagina 136
MELDINGEN OP DE DISPLAY VAN DE MULTIFUNCTIONELE METER MELDING BESCHRIJVING Accuspanning te laag. Controleer de accuspanning en het op- LO BATT laadsysteem. Accuspanning te hoog. Controleer de accuspanning en het op- HI BATT laadsysteem. De motor oververhit, zie OVERVERHITTING VAN DE MOTOR in HI TEMP OPLOSSEN VAN PROBLEMEN.
Pagina 138
Alle originele Can-Am ATV-onderdelen en -accessoires die worden geïnstalleerd door een erkende BRP dealer op het ogenblik van de levering van de Can-Am ATV bouwjaar 2009, genieten dezelfde garantie als die voor de Can-Am ATV. Deze beperkte garantie is ongeldig en vervalt indien: (i) de ATV ooit werd gebruikt om te racen of voor enige andere vorm van competitie, zelfs indien dit bij een vori- ge eigenaar was;...
Pagina 139
– Schade ten gevolge van de verwijdering van onderdelen, onoordeelkundige re- paraties, service, onderhoudswerken, veranderingen of het gebruik van onder- delen die niet werden geproduceerd of goedgekeurd door BRP of ten gevolge van reparaties door een persoon die geen erkende BRP dealer met service-au- torisatie is;...
Pagina 140
– Zoals beschreven in de Gebruikershandleiding, moet het vereiste routine-on- derhoud tijdig worden uitgevoerd, om aanspraak te kunnen maken op garantie. BRP behoudt zich het recht voor om de dekking onder de garantie te laten afhangen van het voorleggen van bewijsmateriaal van goed onderhoud.
Pagina 141
BRP. 7) WAT BRP ZAL DOEN De verplichtingen van BRP in het kader van deze garantie beperken zich, naar eigen inzicht, tot de reparatie van onderdelen die bij normaal gebruik, onderhoud en ser-...
Pagina 142
-ban- † † den. Deze banden vallen onder de afzonderlijke garantie van de bandenfabrikant. Neem contact op met de fabrikant of informeer bij uw BRP dealer naar de garan- tiebepalingen en bijstand. Carlisle Tire & Wheel Company 23, Windham Boulevard...
Pagina 143
In geval van een mengingsverschil of dispuut in verband met deze beperkte garan- tie, stelt BRP voor om samen met de dealer naar een oplossing voor de kwestie te zoeken. We raden u aan het probleem te bespreken met de servicemanager of zaakvoerder van de erkende dealer.
Pagina 144
Gebeurt dit toch, dan zijn deze niet afdwingbaar van BRP. BRP behoudt zich het recht voor, deze garantie op elk gewenst ogenblik te wijzigen. Dergelijke wijzigingen zullen echter geen invloed hebben op de ga- rantievoorwaarden die van toepassing waren op producten, die tijdens de geldigheidsduur van deze garantie werden verkocht.
Pagina 145
– Schade ten gevolge van de verwijdering van onderdelen, onoordeelkundige re- paraties, service, onderhoudswerken, veranderingen of het gebruik van onder- delen die niet werden geproduceerd of goedgekeurd door BRP of ten gevolge van reparaties door een persoon die geen erkende Can-Am-distributeur/dealer met service-autorisatie is;...
Pagina 146
– Zoals beschreven in de Gebruikershandleiding, moet het vereiste routine-on- derhoud tijdig worden uitgevoerd, om aanspraak te kunnen maken op garantie. BRP behoudt zich het recht voor om de dekking onder de garantie te laten afhangen van het voorleggen van bewijsmateriaal van goed onderhoud.
Pagina 147
1. In geval van een mengingsverschil of dispuut in verband met deze beperkte garantie, stelt BRP voor om samen met de dealer naar een oplossing voor de kwestie te zoeken. We raden u aan het probleem te bespreken met de servicemanager of zaakvoerder van de erkende dealer.
Pagina 148
Sherbrooke, Québec J1L 1W3 Tel.: 819 566-3366 De gegevens van uw distributeur zijn terug te vinden op www.brp.com. * Voor het gebied waarop deze beperkte garantie van toepassing is worden de producten verdeeld door Bombardier Recreational Products Inc. of zijn dochtermaatschappijen.
Pagina 149
Alle originele Can-Am ATV-onderdelen en -accessoires die worden geïnstalleerd door een erkende BRP distributeur/dealer op het ogenblik van de levering van de Can-Am ATV bouwjaar 2009, genieten dezelfde garantie. Deze beperkte garantie is ongeldig en vervalt indien: (i) de ATV ooit werd gebruikt om te racen of voor enige andere vorm van competitie, zelfs indien dit bij een vori- ge eigenaar was;...
Pagina 150
– Schade ten gevolge van de verwijdering van onderdelen, onoordeelkundige re- paraties, service, onderhoudswerken, veranderingen of het gebruik van onder- delen die niet werden geproduceerd of goedgekeurd door BRP of ten gevolge van reparaties door een persoon die geen erkende distributeur/dealer met ser- vice-autorisatie is;...
Pagina 151
– Zoals beschreven in de Gebruikershandleiding, moet het vereiste routine-on- derhoud tijdig worden uitgevoerd, om aanspraak te kunnen maken op garantie. BRP behoudt zich het recht voor om de dekking onder de garantie te laten afhangen van het voorleggen van bewijsmateriaal van goed onderhoud.
Pagina 152
In geval van een mengingsverschil of dispuut in verband met deze beperkte garan- tie, stelt BRP voor om samen met de dealer naar een oplossing voor de kwestie te zoeken. We raden u aan het probleem te bespreken met de servicemanager of zaakvoerder van de erkende distributeur/dealer.
Pagina 153
BEPERKTE GARANTIE VAN BRP VOOR DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE: 2009 CAN-AM Voor landen in Europa, het Midden-Oosten, Afrika, Rusland & GOS, dient u contact op te nemen met ons Europese kantoor: BRP EUROPE N.V. Klantenservice Skaldenstraat 125 9042 Gent België...
Pagina 154
Als u liever hebt dat uw naam en adres niet worden vrijgegeven, verzoeken we u ons dit schriftelijk te laten weten op het onderstaande adres. BRP EUROPEAN DISTRIBUTION Warranty Department Chemin de Messidor 5-7 1006 Lausanne...
Pagina 155
Wanneer u BRP op de hoogte brengt, zelfs nadat de beperkte garantie is afgelo- pen, kan BRP u bereiken indien dit nodig zou zijn, bijvoorbeeld als er ATV's zouden worden teruggeroepen om veiligheidsredenen. BRP op de hoogte brengen is de verantwoordelijkheid van de eigenaar.
Pagina 156
VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR _____________________...
Pagina 157
VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR _____________________...
Pagina 158
VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR _____________________...
Pagina 159
VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR _____________________...
Pagina 160
VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR _____________________...
Pagina 161
Informeer bij de dealer waar u uw voertuig kocht of uw voertuig werd gere- gistreerd bij BRP. Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan lei- den tot ernstige of dodelijke verwondingen.