f Automatische sensorreiniging
Automatisch reinigen van de sensor uitschakelen
Selecteer bij stap 2 [Auto. reinigingf] en selecteer
vervolgens [Uitschak.].
Handmatige sensorreiniging
Stof dat na de automatische sensorreiniging is achtergebleven, kunt
u handmatig verwijderen met een blaasbuisje of een vergelijkbaar
hulpmiddel. Haal het objectief van de camera voordat u de sensor
gaat reinigen.
Het oppervlak van de beeldsensor is zeer kwetsbaar. Wij raden
u aan om fysieke reiniging van de sensor bij een Canon Service
Center te laten uitvoeren.
1
Schakel de camera uit <2>.
2
Verwijder het objectief.
3
Reinig de sensor.
4
Voltooi de reiniging.
Het oppervlak van de beeldsensor is zeer kwetsbaar. Reinig de
sensor voorzichtig.
Gebruik een gewoon blaasbuisje zonder borsteltje. Een borsteltje kan
het oppervlak van de sensor beschadigen.
Steek het blaasbuisje niet verder dan de objectiefbevestiging in de
camera. Anders zou u de sluitergordijnen kunnen beschadigen.
Gebruik nooit lucht of gas uit flessen om de sensor schoon te maken.
De blaaskracht kan de sensor beschadigen en de nevel kan op de
sensor achterblijven.
Als er vuil blijft zitten dat niet met een blaasbuisje kan worden
verwijderd, kunt u de sensor het beste door een Canon Service
Center laten reinigen.
226