Wanneer het tijdsverschil ten
opzichte van een voorligger te gering
is en er een botsing dreigt, verschijnt
er een waarschuwing op het Driver
Information Center.
Er klinkt tegelijkertijd een waarschu‐
wingsgeluid. Trap het rempedaal in
en verricht de vereiste stuurhandelin‐
gen.
Gebruiksvoorwaarden
Voor een juiste werking moet aan de
volgende voorwaarde zijn voldaan:
De snelheid moet tussen 5 km/u en
140 km/u liggen.
Inschakelen
Om de frontaanrijdingswaarschuwing
te gebruiken moet de actieve veilig‐
heidsrem geactiveerd zijn in de
persoonlijke instellingen 3 104.
Systeemgevoeligheid instellen
In het menu 3 104 van de persoon‐
lijke instellingen moet u de systeem‐
gevoeligheid instellen op dichtbij,
normaal of veraf.
Uitschakelen
Het systeem is alleen uit te schakelen
door activering van de actieve nood‐
rem in de persoonlijke instellingen
3 104.
Systeembeperkingen
De frontaanrijdingswaarschuwing is
bedoeld om alleen te waarschuwen
voor voertuigen, maar kan ook op
andere obstakels reageren.
In de volgende gevallen detecteert de
frontaanrijdingswaarschuwing
wellicht geen voorliggers of kunnen
de prestaties van de sensor beperkt
zijn:
● Ritten op bochtige of heuvelach‐
tige wegen.
● Nachtelijke ritten.
● Bij een beperkt zicht door weers‐
omstandigheden, zoals bij mist,
regen of sneeuw
● De voorruit is beschadigd of
bedekt met vreemde voorwer‐
pen, bijv. stickers.
Rijden en bediening
Actieve noodrem
De actieve noodrem kan helpen om
de schade en letsel door aanrijdingen
met voertuigen, voetgangers of
obstakels direct vóór de auto te
beperken, als een aanrijding door
remmen of sturen niet langer kan
worden vermeden. Voordat de
actieve noodrem ingrijpt, wordt de
bestuurder gewaarschuwd door de
frontaanrijdingswaarschuwing 3 158
of de voetgangersbescherming vóór
3 162.
Deze functie maakt gebruik van input
uit vele bronnen (bijv. camerasensor,
remdruk, rijsnelheid) om de waar‐
schijnlijkheid van een frontale botsing
te berekenen.
9 Waarschuwing
Dit systeem is niet bedoeld om de
verantwoordelijkheid van de
bestuurder, voor het besturen van
de auto en anticiperen op de
verkeerssituatie, over te nemen.
159