Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss DGP-AX Installatie- En Servicehandleiding pagina 50

Inhoudsopgave

Advertenties

Probleem – Alarm MS (motorbeveiliging)
Oorzaak
1. Fase verdwenen of zekering
gesprongen.
2. Defecte softstarter.
3. Defecte contactgever.
4. Defecte of onjuist ingestelde
motorbeveiliging.
5. Kabelbreuk.
6. Defecte compressor.
Probleem – Alarmsensor (alle)
Oorzaak
Sensorstoring of kabelstoring.
50 – Service
Problemen oplossen
Controleer of alle fasen aanwezig zijn
op de klemmenstrook voor de ingaande
voeding. Controleer, als dat niet het geval
is, de zekeringen in de behuizing.
Controleer ook of alle bedrading goed
zit. Als gebruik wordt gemaakt van klem-
menstroken met schroeven, moeten deze
goed zijn aangehaald. Als gebruik wordt
gemaakt van Phoenix-klemmenstroken
met platte veren, moeten de kabels goed
in de juiste opening zitten met belasting
op de kabel.
Voer een controlemeting uit en ga na of
de softstarter alle drie fasen naar de com-
pressor doorlaat wanneer de I/O-kaart
een signaal geeft (er moet spanning zijn
tussen A1 & A2 op de softstarter).
Voer een controlemeting uit en ga na of
het contact alle drie fasen naar de com-
pressor doorlaat wanneer de I/O-kaart
een signaal geeft (er moet spanning zijn
tussen A1 & A2 op het contact).
Gebruik een met een haak te bevestigen
meter om na te gaan of de motorbe-
veiliging wordt geactiveerd. Controleer
waarop de motorbeveiliging is ingesteld.
Vergelijk dit met de tabel.
Controleer de voeding naar de motorbe-
veiliging/softstarter/compressor.
Voer een controlemeting uit van de span-
ning op de drie fasen (allemaal naar nul)
bij de compressor. Geen van de fasen
mag meer dan 12% afwijken van het
gemiddelde van de drie waarden. Bij con-
trolemeting van de impedantie van de
wikkeling moeten alle drie wikkelingen
dezelfde waarde hebben.
Problemen oplossen
• Bij het aflezen van de weerstand van de
sensoren moeten eerst de sensorkabels
worden losgekoppeld van de regelappa-
ratuur of de klemmenstrook.
• Lees eerst de waarde van de sensor
inclusief kabel af en vergelijk deze met
de weerstandstabel in 15.3 Meetpunten.
• Als de afleeswaarde niet overeenkomt
met de tabel, meet u alleen de sensor en
controleert u aan de hand van de weer-
standstabel in 15.3 Meetpunten.
VMBMH210
Actie
Als er een fase ontbreekt, controleert u
in achterwaarts richting de hoofdscha-
kelkast van het gebouw. As er daar geen
fasen zijn, neemt u contact op met het
energiebedrijf.
Als de softstarter de fasen niet doorlaat
bij signalen vanuit de I/O-kaart, moet
deze worden vervangen.
Als het contact de fasen niet doorlaat bij
signalen vanuit de I/O-kaart, moet deze
worden vervangen.
Als de motorbeveiliging defect is, ver-
vangt u deze.
Bij een onjuiste instelling past u de
waarde aan.
Als er een kabel beschadigd is, vervangt
u deze.
Als de compressor defect is, vervangt u
deze.
Actie
Als de sensor een correcte waarde geeft,
is de kabel defect.
Als de sensor geen correcte waarde
geeft, is de sensor defect.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave