6. Breng het 2e doel in vizier en druk op [MEAS].
De meetresultaten worden weergegeven. Druk op [YES].
7. Voer de afstand van het 2e doel naar het doelpunt in en
druk op {ENT}. De coördinaten van het doelpunt worden
weergegeven.
8. Druk op [YES]. <Offset> wordt hersteld.
• Wanneer op [HVD] wordt gedrukt, wordt de displaymodus
overgeschakeld van coördinaten naar SD, ZA, HA-R.
20.4 Offset van een vlak meten
Voor het vinden van afstand en de coördinaat van een oppervlaktegrens waar direct meten niet mogelijk is.
Meet drie willekeurige prismapunten om het vlak te definiëren en breng het doelpunt (P0) in vizier om de
afstand en de coördinaat te berekenen van het kruispunt tussen de telescoop-as en het gedefinieerde vlak.
• Doelhoogte van P1 tot en met P3 wordt automatisch op 0 ingesteld.
PROCEDURE
1. Voer de gegevens van het instrumentstation in.
"13.1 Stationsgegevens voor het instrument en de
azimuthoek invoeren"
Confirm?
REC
90
20. OFFSET METEN
NO
YES
0 0 0
HVD
NO
YES