1. De volgende onderdelen controleren op uitwendige
beschadigingen:
•
Apparaat
•
Verpakking van de defibrillatie-elektroden
•
Verpakking van de ECG-elektroden
•
ECG-kabel
•
Pulsoxymetriesensor-aansluitkabel
•
Pulsoxymetriesensor
•
NIBP-aansluitslang
•
NIBP-manchet
2. Indien nodig: onderdelen vervangen.
3. Houdbaarheidsdatum op de verpakking van de ECG-
elektroden en de defibrillatie-elektroden controleren.
Indien nodig: ECG-elektroden en/of defibrillatie-elektroden
vervangen.
4. Apparaat inschakelen
78).
5. In het startmenu het menupunt Functiecontrole kiezen.
(zie "5.1 Apparaat inschakelen", pagina
MEDUCORE Standard
10 Functiecontrole
2
NL
153