KINDERVEILIGHEID: bevestiging met autogordel
In de tabel hieronder staat dezelfde informatie als op het overzicht van de volgende bladzijde, overeenkomstig de wettelijke voorschrif-
ten.
Type kinderzitjes
Dwars geplaatste gondel
Goedgekeurd voor groep 0
Kuipzitjes achterstevoren
Goedgekeurd voor groep 0 of 0+
Zitjes achterstevoren
Goedgekeurd voor groep 0+ en 1
Kinderzitje vooruit geplaatst
Goedgekeurd voor groep 1
Zittingverhoger
Goedgekeurd voor groep 2 of 3
Raadpleeg de brochure "Comfort & veiligheid voor uw kinderen", die verkrijgbaar is bij de dealer, om het kinderzitje te kiezen dat voor
uw kind geschikt is en aanbevolen wordt voor uw auto.
X = Plaats niet geschikt voor het installeren van een kinderzitje.
U = Plaats toegestaan voor bevestiging met autogordel van een in de handel verkrijgbaar als "Universeel" goedgekeurd zitje: controleer of het
gemonteerd kan worden.
(3) Zet de stoel van de auto zo ver mogelijk naar achteren en zo hoog mogelijk, en zet de rugleuning licht schuin (ongeveer 25°).
(1) LEVENSGEVAAR of gevaar van ernstig letsel: plaats nooit een kinderzitje achterstevoren op de voorstoel als de auto beschikt
over een passagiersairbag die niet kan worden uitgeschakeld.
(2) LEVENSGEVAAR OF GEVAAR VAN ERNSTIG LETSEL: voordat u een kinderzitje achterstevoren op deze stoel plaatst, moet u
controleren of de passagiersairbag voor is uitgeschakeld.➥ 1.52.
1.46
(5/6)
Besteluitvoering
Gewicht van het kind
met airbag zonder uitschakeling
< 10 kg
< tot 13 kg
< tot 13 kg en 9 tot 18 kg
9 kg tot 18 kg
15 tot 25 kg en
22 tot 36 kg
Zitplaats voorpassagier
zonder passagiersairbag of
met airbag uitgeschakeld
X
X
X
U (1) (3)
U (1) (3)
X
U (2) (3)
U (2) (3)
X
X