SLEUTELS, FM-AFSTANDSBEDIENING: gebruik
De auto kan met de afstandsbediening A
worden vergrendeld of ontgrendeld.
Deze wordt gevoed door een batterij die kan
worden vervangen. ➥ 5.31.
Portieren vergrendelen
Met een druk op knop 1 kunnen de portieren
vergrendeld worden.
Een druk op de knop 3 vergrendelt de ach-
terklep en, afhankelijk van de auto, de
schuifdeuren.
De alarmknipperlichten en zijknipperlichten
knipperen twee keer om het vergrendelen
te bevestigen.
Opmerking: als een portier (of de achter-
klep) open of niet goed gesloten is, wordt
deze snel vergrendeld en weer ontgren-
deld zonder dat de alarmknipperlichten en
zijknipperlichten knipperen, afhankelijk van
de auto.
1.4
(1/2)
A
2
1
2
1
3
Ontgrendelen van de portieren
Met een druk op knop 2 kunnen de portieren
ontgrendeld worden.
Een druk op de knop 3 ontgrendelt de ach-
terklep en, afhankelijk van de auto, de
schuifdeuren.
Het ontgrendelen wordt bevestigd doordat
de alarmknipperlichten en de zijknipperlich-
ten één keer knipperen.
Opmerking
Met het contact aan en met een draaiende
motor ➥ 2.3, de knoppen van de afstands-
bediening zijn niet geactiveerd.
Bijzonderheid
Druk na het handmatig vergrendelen van de
klapdeur achter twee keer op de knop 3 om
de klapdeur achter te ontgrendelen. ➥ 1.9.
3