Inhoudsopgave
Advertenties
78
Klimaatregeling
Let op
Elektrische auto's: Het bedienings‐
paneel voor het verwarmen van het
interieur van elektrische auto's zit
naast het stuurwiel, onder het
Mode bedieningspaneel.
Hulpverwarming 3 82.
Koeling
Druk op n om naar koeling om te
schakelen. De LED in de knop brandt
om activering aan te geven. Koeling
werkt alleen bij een draaiende motor
en ingeschakelde ventilator.
Druk opnieuw op n om koeling uit te
schakelen.
De airconditioning koelt en ontvoch‐
tigt (droogt) de lucht wanneer de
buitentemperatuur iets boven het
vriespunt ligt. Er kan zich dan
condens vormen en onder de auto op
de grond druppelen.
Als geen koeling of droging gewenst
is, moet u omwille van het brandstof‐
verbruik de koeling uitschakelen.
Geactiveerde koeling kan een Auto‐
stop verhinderen.
Stop-startsysteem 3 91.
Temperatuur
Pas de temperatuur aan door de
temperatuurknop op de gewenste
temperatuur te draaien.
Blauw : koud
Rood : warm
De verwarming werkt pas optimaal
als de motor de normale bedrijfstem‐
peratuur heeft bereikt.
Elektrische auto's
Ga bij elektrische auto's als volgt te
werk om het interieur te verwarmen:
Schakel de hulpverwarming in, draai
de temperatuurinstelling naar de
maximale waarde (rode zone) en pas
de luchtstroom aan.
Hulpverwarming 3 82.
Luchtdebiet
Luchtdebiet instellen door y op de
gewenste snelheid te draaien.
Luchtverdeling
x : naar de hoofdruimte
L : naar de hoofd- en voetenruimte
y : naar de voetenruimte
J : naar de voetenruimte, de voor‐
ruit en de voorste zijruiten
w : naar de voorruit en de voorste
zijramen
Luchtrecirculatie
Draai de knop naar P om de luchtre‐
circulatiemodus in te schakelen.
Druk op O om de recirculatiemodus
uit te schakelen.
9 Waarschuwing
Als het luchtrecirculatiesysteem is
ingeschakeld, vermindert de lucht‐
verversing. Bij het gebruik zonder
koeling neemt de luchtvochtigheid
toe waardoor de ruiten van
binnenuit kunnen aandampen. De
kwaliteit van de binnenlucht neemt
na verloop van tijd af, wat tot
vermoeidheidsverschijnselen bij
de inzittenden kan leiden.
Wanneer de omgevingslucht warm
en zeer vochtig is, kan de voorruit aan
de buitenkant beslaan wanneer er
koude lucht tegenaan stroomt. Als de
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
