Inhoudsopgave
Advertenties
140
Rijden en bediening
Voorzichtig
Controleer na een aanrijding en
voordat u deze voedingen weer
aansluit of er geen brandstoflek‐
ken of vonken zijn om brandge‐
vaar te voorkomen.
Druk om de brandstoftoevoer te
herstellen op de knop op het afsluit‐
mechanisme van de brandstoftoe‐
voer.
Deze zit in het interieur.
Afhankelijk van de versie is er een
extra veiligheidsrelais dat na een
botsing wordt geactiveerd. Het veilig‐
heidsrelais sluit de stroomvoorzie‐
ning af.
De hulp van een werkplaats inroepen!
Tanken
9 Gevaar
Schakel het contact en externe
verwarmingen met verbrandings‐
kamers uit alvorens te beginnen
met tanken.
Volg de bedienings- en veilig‐
heidsinstructies van het tanksta‐
tion tijdens het tanken.
9 Gevaar
Brandstof is brandbaar en explo‐
sief. Niet roken. Geen open vuur
of vonken.
Als er een brandstofgeur in de
auto hangt, moet u de oorzaak
hiervan onmiddellijk laten verhel‐
pen door een werkplaats.
Een label met symbolen aan de
binnenkant van de tankvulklep geeft
de toegestane brandstofsoorten aan.
In Europa zijn de vulpistolen op de
tankstations voorzien van dezelfde
symbolen. Tank alleen de toegestane
brandstofsoort.
Voorzichtig
Wanneer u foute brandstof hebt
getankt, mag u het contact niet
aanzetten.
De tankvulklep zit vooraan aan de
linkerzijde van de auto.
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
