32
Stoelen, veiligheidssystemen
i-Size kinderzitjes en autostoelen met
i-Size keurmerk zijn voor zien van het
i-Size symbool, zie afbeelding.
Bevestigingsriemogen
Bevestigingsriemogen worden
aangeduid met het symbool t van
een kinderzitje.
Maak naast de ISOFIX-beugels ook
de bevestigingsriem aan de boven‐
kant vast aan de desbetreffende
bevestigingsriemogen.
ISOFIX kinderveiligheidssystemen
uit de universele categorie worden in
de tabel aangeduid met IUF 3 34.
Juiste systeem selecteren
De achterbank is de beste plaats om
een kinderveiligheidssysteem vast te
maken.
Vervoer kinderen zo lang mogelijk
tegen de rijrichting in. Hierdoor wordt
de nog erg zwakke ruggengraat van
het kind bij een ongeval minder
belast. Gebruik geen voorwaarts
gericht kinderveiligheidssysteem op
alle zitplaatsen wanneer het kind
minder dan 13 kg weegt.
Geschikt zijn kinderveiligheidssyste‐
men die voldoen aan de geldende
UN ECE-regelgeving. Raadpleeg de
plaatselijke wetgeving en richtlijnen
voor het verplichte gebruik van
kinderveiligheidssystemen.
De volgende kinderveiligheidssyste‐
men worden aanbevolen voor de
volgende gewichtsklassen:
● Groep 0+:
Römer Baby-Safe Plus tegen de
rijrichting in geplaatst met of
zonder ISOFIX-voet voor kinde‐
ren tot 13 kg
● Groep I:
RÖMER Duo Plus ISOFIX met of
zonder ISOFIX en bevestigings‐
riem aan de bovenkant voor
kinderen van 9 kg tot 18 kg
● Groep II, Groep III:
Römer Kidfix XP /
Römer Kidfix 2R met of zonder
ISOFIX voor kinderen van 15 kg
tot 36 kg,
Graco Booster voor kinderen van
15 kg tot 36 kg.
Controleer of het te monteren kinder‐
veiligheidssysteem compatibel is met
het autotype.
Kinderzitje op de enkele passagiers‐
stoel: Zet de passagiersstoel in de
hoogste en in de lengterichting in de
achterste stand met de rugleuning
rechtop.
Gebruik geen voorwaarts gerichte
kinderveiligheidssystemen op alle
zitplaatsen wanneer het kind minder
dan 13 kg weegt.