2.3 Voorzorgsmaatregelen voor bediening
2.3.3
Transport
De machine kan voor transport uit elkaar worden genomen.
Raadpleeg uw KOMATSU dealer.
Laden en ontladen
Bij laden of ontladen van de machine kan door onjuist han-
!
delen de machine kantelen of vallen. Wees dus voorzichtig.
Volg de volgende punten op.
Laden en ontladen op een stevige, vlakke ondergrond. Houd
!
een veiligheidsafstand aan tot de wegberm of wand.
Gebruik alleen opritten die sterk genoeg zijn. De opritten
!
moeten breed, lang en dik genoeg zijn om er veilig op
omhoog te kunnen rijden. Zorg ervoor dat de opritten niet
kunnen bewegen.
De oppervlaktes van de opritten moeten schoon zijn en vrij
!
van vet, olie, ijs en ander los materiaal.Verwijder vuil van de
machinebanden.Vooral bij regen kunnen de opritten glad
worden.
Stel een laag motortoerental in, en rij zeer langzaam.
!
Niet sturen op de opritten.Indien nodig terugrijden, de rijrich-
!
ting corrigeren en opnieuw de opritten oprijden.
Het platform waarop de machine rijdt, moet breed, sterk en
!
in goede toestand zijn.
Bij machines met cabine na het laden altijd de deuren ver-
!
grendelen. Anders kunnen deuren tijdens transport opeens
opengaan.
Zie „Transportvoorgang (3-140)".
2-28
www.duma-rent.com
Oprit
max 15°
Afstand
tussen oprit
WA380-6H – VLAM440100
Veiligheid
Blokken
Blok
GK032066