Advertenties
Bediening
7. Rempedaal
WAARSCHUWING
Bij helling af rijden, altijd het rechter rempedaal samen met
!
de remmende werking van de motor gebruiken.
Rempedaal niet overmatig gebruiken.Als de rem te vaak
!
wordt gebruikt, raakt hij oververhit.Door oververhitting kun-
nen de remmen uitvallen. Dit kan leiden tot ernstige ongeluk-
ken.
Voeten niet onnodig op het rempedaal houden.
!
Met pedalen (7) worden de remmen bediend.
Rechter rempedaal
Met het rechter rempedaal worden de wielremmen bediend.
Gebruik het rechter rempedaal voor normaal remmen.
Linker rempedaal
Met het linker rempedaal worden de wielremmen bediend.
Als de schakelaar transmissie-ontkoppeling in stand ON (aan)
staat en het rempedaal wordt ingeduwd, dan worden tegelijker-
tijd de wielremmen bediend en de transmissie in vrijstand gezet.
Als de schakelaar transmissie-ontkoppeling is uitgeschakeld,
werkt het linker rempedaal hetzelfde als het rechter rempedaal.
ATTENTIE
Als het gaspedaal wordt gebruikt voor de bediening van het
werktuig, zet de schakelaar transmissie-ontkoppeling dan in
stand ON (aan) en gebruik het linker rempedaal om de machine
af te remmen of te stoppen.
8. Gaspedaal
Dit pedaal (8) regelt het motortoerental en uitgang.
Het motortoerental kan vrij worden geregeld tussen het statio-
naire en het hoogste toerental.
WA380-6H – VLAM440100
www.duma-rent.com
3.2 Verklaring van de onderdelen
GK038041
GK038041
3-63
Advertenties
