Bedrijf
Displaykeuzeschakelaar (1) indrukken, om de getalswaarde te verhogen.
Om de instelling van de klok op te slaan en om te beëindigen, opnieuw displaykeuzeschakelaar (1) indrukken
en ingedrukt houden.
Indien de accu van het stroomcircuit wordt gescheiden, worden de gegevens van de klok gewist. Na
herinbedrijfstelling knippert de controlelamp "Klok instellen" en maant tot opnieuw instellen van de
klok.
Inrijden van de graafmachine
Gedurende de eerste 50 bedrijfsuren moet in elk geval op de navolgende punten worden gelet:
De graafmachine met middelhoog motortoerental en kleine belasting warm rijden, niet stationair warm laten
draaien.
De graafmachine niet meer dan noodzakelijk belasten.
Bijzondere onderhoudsaanwijzingen
De olie in de rijaandrijvingen moet na de eerste 50 bedrijfsuren worden ververst.
De retourfilter van het hydraulisch systeem moet na de eerste 250 bedrijfsuren worden vervangen.
Gebruik van de graafmachine
Voor het veilige gebruik van de graafmachine moeten de navolgende paragrafen in acht worden genomen.
Werkzaamheden vóór het dagelijks in bedrijf stellen
Voor het uitvoeren van de werkzaamheden moet de graafmachine op een vlakke ondergrond staan;
contactsleutel is verwijderd.
Motorkap openen (blz. 111). De motorkap na beëindigen van werkzaamheden sluiten.
Zijklep openen (blz. 112). Zijklep na beëindigen van de werkzaamheden sluiten.
Visuele controle
De graafmachine op zichtbare beschadigingen, losse boutverbindingen en lekkages controleren.
Controleren van het motoroliepeil
Oliepeilstok (1) eruit trekken en met een schone doek afvegen.
Oliepeilstok weer helemaal terugplaatsen en opnieuw eruit
trekken. Het oliepeil moet zich in het bereik "A" bevinden. Bij
een te laag oliepeil; motorolie via de olievulopening bijvullen
(blz. 133).
Het bedrijf met een te laag of te hoog oliepeil kan tot
motorschade leiden.
RG158-8244-1
07/2018
63