Als u de snelheid wilt verlagen terwijl de elektronische
snelheidsregeling is ingesteld, drukt u op de toets SET
UW AUTO
(-). Als u de toets ingedrukt houdt in de stand SET (-),
wordt de ingestelde snelheid continu verlaagd totdat u
de toets loslaat. Laat de toets los zodra de gewenste
snelheid is bereikt. De nieuwe snelheid zal vervolgens
VEILIGHEID
worden ingesteld.
Als u eenmaal op de toets SET (+) drukt, wordt de
CORRECT
ingestelde snelheid verhoogd met 2 km/u. Met ieder
GEBRUIK VAN
volgend tikje op de toets verhoogt u de snelheid met
DE AUTO
2 km/u.
ACCELEREREN OM IN TE HALEN
WAARSCHU-
WINGSLAMPJES
Trap het gaspedaal in op dezelfde wijze als u normaal
EN MELDINGEN
gesproken zou doen. Wanneer u het pedaal loslaat,
keert de auto terug naar de ingestelde rijsnelheid.
Elektronische snelheidsregeling gebruiken op
NOODGEVALLEN
hellingen
De versnelling kan omlaag schakelen op hellingen om
de ingestelde snelheid van de auto te handhaven.
ONDERHOUD
OPMERKING: De elektronische snelheidsregeling
houdt de snelheid op hellingen en bij afdalingen con-
stant. Een kleine snelheidsverandering op flauwe hel-
TECHNISCHE
lingen is normaal.
SPECIFICATIES
Op steile berghellingen kan de snelheid veel hoger of
lager worden, zodat het in die gevallen beter is om
zonder elektronische snelheidsregeling te rijden.
INHOUD
90
WAARSCHUWING!
Een elektronische snelheidsregeling kan
gevaarlijk zijn in situaties waar het sys-
teem geen constante snelheid kan aanhouden.
Uw auto kan gezien de omstandigheden te snel
gaan, waardoor u de controle over de auto kunt
verliezen en mogelijk een botsing veroorzaakt.
Gebruik de elektronische snelheidsregeling nooit
in druk verkeer of op bochtige, beijzelde, be-
sneeuwde of gladde wegen.