Wanneer het ABS-lampje brandt, moet u het remsys-
teem zo spoedig mogelijk laten controleren om weer
UW AUTO
van de voordelen van ABS te kunnen profiteren. Con-
troleer het ABS-waarschuwingslampje regelmatig om
er zeker van te zijn dat het goed werkt. Als het lampje
niet gaat branden, laat het systeem dan door een
VEILIGHEID
erkende dealer controleren. (Raadpleeg "Elektronisch
remsysteem" in "Starten en rijden" voor meer infor-
matie.)
CORRECT
GEBRUIK VAN
13. Indicator brandstofvuldop
DE AUTO
Dit symbool geeft de voertuigzijde aan waar
zich de brandstofvuldop bevindt.
WAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
14. Controlelampje mistachterlichten (voor
bepaalde uitvoeringen/markten)
Dit lampje gaat branden wanneer de mistach-
NOODGEVALLEN
terlichten aan zijn. (Raadpleeg "Achtermistlam-
pen" in "Uw auto" voor meer informatie.)
ONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
252
15. Controlelampje beveiligingssysteem (voor
bepaalde uitvoeringen/markten)
Dit lampje gaat ongeveer 16 seconden aan en
uit als het beveiligingssysteem wordt geacti-
veerd en knippert daarna langzamer als het
systeem eenmaal is geactiveerd. Het lampje
zal ook ongeveer drie seconden branden nadat de
contactschakelaar in de stand ON/RUN is gezet. Raad-
pleeg "Alarmsysteem" of "Premium veiligheidssys-
teem" in "Uw auto voor meer informatie).