• Als u met een ruim onvoldoende opgepompte band
rijdt, raakt de band oververhit en kan een klapband
UW AUTO
optreden. Een te lage bandenspanning verhoogt ook
het brandstofverbruik, vermindert de levensduur van
de band en kan het rij- en remgedrag van de auto
nadelig beïnvloeden.
VEILIGHEID
• Het TPM-systeem is geen vervanging voor het juiste
bandenonderhoud en de bestuurder is er verantwoor-
CORRECT
delijk voor om de juiste bandenspanning te handhaven
GEBRUIK VAN
met gebruik van een nauwkeurige bandenspanningsme-
DE AUTO
ter, zelfs als de onderspanning nog niet op het peil is
gekomen waar het waarschuwingslampje voor lage
WAARSCHU-
bandenspanning aangaat.
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
• Het TPMS registreert altijd de werkelijke banden-
spanning, ook als die spanning onder invloed van de
verschillen in seizoenstemperatuur verandert.
NOODGEVALLEN
BASISSYSTEEM
Het bandenspanningscontrolesysteem (TPMS) maakt
gebruik van draadloze technologie met op de velg
ONDERHOUD
gemonteerde elektronische sensors die het spannings-
niveau meten. De sensors, die bij het ventiel op de
velgen zijn gemonteerd, sturen informatie over de
bandenspanning naar de ontvangstmodule.
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
OPMERKING: Het is uiterst belangrijk dat u de
spanning van alle banden van de auto maandelijks con-
troleert en de banden zonodig op de juiste spanning
INHOUD
brengt.
134
De TPMS bestaat uit de volgende onderdelen:
• Ontvangstmodule
• Vier bewakingssensors bandenspanning
• Waarschuwingslampje voor lage bandenspanning
Waarschuwing voor lage spanning van het
bandenspanningscontrolesysteem
Als de spanning in een of meer banden te laag is,
gaat in de instrumentengroep het waarschu-
wingslampje voor lage bandenspanning branden
en klinkt er een geluidssignaal. Als dit gebeurt, dient u
direct te stoppen en de spanning van alle banden te
controleren. Breng de banden op de spanning die in de
bandenspanningstabel staat vermeld. Het systeem
wordt automatisch bijgewerkt en het waarschuwings-
lampje dooft zodra het systeem de juiste bandenspan-
ning registreert. Het is mogelijk dat u eerst ongeveer
20 minuten met een snelheid boven de 24 km/u moet
rijden, voordat het TPMS-systeem deze informatie
ontvangt.
TPMS waarschuwing controleren
Als een fout in het systeem wordt ontdekt gaat het
Waarschuwingslampje voor het meten van banden-
spanning 75 seconden lang knipperen en blijft daarna
branden. Bij een systeemfout gaat er ook een geluids-
signaal af. Als de contactschakelaar wordt uitgezet en
vervolgens weer aangezet, zal deze volgorde worden