Tellen van werkstukken
Het tellen van afgewerkte werkstukken kan via het programma-einde (M30) of via een M-
commando gebeuren.
Procedure
Universal
Bedieningshandboek, 02/2011, 6FC5398-6AP40-0JA0
1.
Selecteer het bedieningsbereik "Machine".
2.
Druk op de toets <AUTO>.
3.
Druk op de softkey "Tijden, Teller".
Het venster "Tijden, Teller" wordt weergegeven.
4.
Selecteer onder "Werkstukken tellen" de invoer "ja" wanneer u het
aantal afgewerkte werkstukken wilt tellen.
5.
Voer in het veld "Werkstukken doel" het aantal werkstukken in dat u
nodig heeft.
In "Werkstukken gemeten" worden de werkstukken weergegeven die al
zijn afgewerkt. Deze waarde kan indien nodig worden gewijzigd.
Nadat het vastgelegde aantal werkstukken bereikt is, wordt de
weergave van het actuele aantal werkstukken automatisch opnieuw op
nul gezet.
4.13 Looptijd weergeven en werkstukken tellen
Werkstuk bewerken
133