Alarm-, fout- en systeemmeldingen
14.7 Versie
14.7.2
Informatie opslaan
Via de interfaces wordt alle machinespecifieke informatie van de besturing in een
configuratiebestand samengevat. M.b.v. de geconfigureerde drives kan machinespecifieke
informatie worden opgeslagen.
Procedure
312
1.
Selecteer het bedieningsbereik "Diagnose".
2.
Druk op de softkey "Versie".
Het oproepen van de versieweergave neemt enige tijd in beslag. In de
dialoogbalk wordt het verzamelen van gegevens getoond m.b.v. een
voortgangweergave en bijbehorende tekst.
3.
Druk op de softkey "Opslaan".
Het venster "Versieinformatie opslaan: opslagplaats selecteren" wordt
geopend. Afhankelijk van de configuratie zijn volgende opslagplaatsen
mogelijk:
Plaatselijke drive
Netwerkdrives
USB
Versiegegevens (opslag: bestandsstructuur in directory "HMI-
gegevens")
4.
Druk op de softkey "Nieuwe directory" wanneer u een eigen directory
wilt aanmaken.
5.
Druk op de softkey "OK". De directory wordt gemaakt.
Bedieningshandboek, 02/2011, 6FC5398-6AP40-0JA0
Universal