Ruiten ontwasemen en ontdooien
● Aanjagersnelheid ý op hoogste
stand zetten,
● Draaiknop voor temperatuur ñ in
hoogste stand zetten.
● Schakel, indien nodig, de A/C in.
● Schakel de achterruitverwarming
è of de verwarmbare buiten‐
spiegels m in.
● Voorruitverwarming 9 inscha‐
kelen.
● Zijdelingse luchtroosters openen
naar wens en op de zijruiten rich‐
ten.
Let op
Als de instellingen voor ontwasemen
en ontdooien zijn geselecteerd, is er
wellicht geen Autostop mogelijk.
Als de instellingen voor ontwasemen
en ontvriezen zijn geselecteerd
terwijl de motor in een Autostop is,
zal de motor automatisch herstarten.
Stop-startsysteem 3 168.
Verwarmbare achterruit è 3 46.
Verwarmbare buitenspiegels m
3 42.
Voorruitverwarming 9 3 46.
Stop-startsysteem 3 168.
Elektronisch
klimaatregelsysteem
Dankzij de twee zones van de
klimaatregeling kunt u de tempera‐
tuur aan de bestuurders- en passa‐
gierskant voorin afzonderlijk regelen.
In de automatische modus worden
temperatuur, luchtdebiet en luchtver‐
deling automatisch geregeld.
Klimaatregeling
Bedieningsorganen voor:
● handmatig bediende luchtrecir‐
culatie q
● luchtverdeling w
● tuimelschakelaar voor aanpas‐
sen van de temperatuur aan
bestuurders- en passagierszijde
voorin
● ontwasemen en ontdooien h
153