KINDERZITJES: bevestiging met autogordel
Overzicht van de installatie
L E V E N S G E VA A R
GEVAAR
VAN
LETSEL: voordat u een kinder-
zitje achterstevoren op deze
stoel plaatst, moet u controleren of de
passagiersairbag voor is uitgeschakeld
➥ 1.58.
1.54
Door het gebruik van een niet
bij de auto passend kinder-
O F
veiligheidssysteem wordt de
ERNSTIG
baby of het kind niet correct be-
schermd. Het kan ernstig of zelfs dode-
lijk letsel oplopen.
(3/3)
³
Controleer de staat van de airbag
voordat u een passagier laat plaatsnemen of
een kinderzitje installeert.
²
Plaats verboden voor het installe-
ren van een kinderzitje.
Kinderzitje bevestigd met behulp van de
gordel
¬
Plaats toegelaten voor de bevesti-
ging met de gordel van een als "Universeel"
goedgekeurd zitje.
B2: stoel waarop een kinderzitje met "B2"
goedkeuring mag worden bevestigd via de
autogordel.
Controleer of uw kind altijd
vastzit en het harnas of de
gordel correct is afgesteld en
aangepast ➥ 1.28.
Pas indien nodig de zitpositie aan.