FUNCTIE STOP AND START
Verhinderen dat de motor op
stand-by wordt gezet
In bepaalde omstandigheden, zoals bij in-
voegen op een kruispunt, is het mogelijk om
bij geactiveerd systeem de motor draaiende
te houden om snel te kunnen starten.
Voor voertuigen met een automatische
versnellingsbak, wanneer de motor
alleen in stand-by wordt gezet wanneer
het voertuig stopt:
Laat de auto stilstaan en oefen slechts een
lichte druk uit op het rempedaal.
Voor auto's met een handgeschakelde
versnellingsbak:
Houd het koppelingspedaal ingedrukt.
Als u brandstof wilt tanken,
zet u de motor uit (dus niet
stand-by bij voertuigen met de
Stop and Start-functie): u moet
het contact uit zetten. ➥ 2.4 ➥ 2.5.
Risico van brand.
(2/4)
Stand-by uitschakelen
Voor auto's met automatische versnel-
lingsbak:
– bij openen van het bestuurdersportier;
of
– als de bestuurdersgordel niet is vastge-
maakt;
of
– het rempedaal is niet ingedrukt en stand
D of M (afhankelijk van de auto) is inge-
schakeld;
of
– het rempedaal wordt losgelaten en de
versnelling staat in de stand N met de
handrem uit;
of
– het rempedaal wordt opnieuw ingedrukt
en de versnelling staat in de stand P of N
terwijl de handrem is ingeschakeld;
of
– de versnelling staat in de stand R;
of
– het gaspedaal is ingedrukt;
of
– Afhankelijk van het voertuig zijn in de
handmatige modus (M) de versnellings-
hendels ingeschakeld. ➥ 2.145.
functie "AUTOHOLD" ingeschakeld
➥ 2.21, het rempedaal is mogelijk los-
gelaten en de motor op stand-by blijven
staan.
Druk op het gaspedaal om het voertuig
uit stand-by te halen.
2.9