Inhoudsopgave
Advertenties
Reageren op een alarm – Het alarm uitzetten
Wanneer een patiëntalarm afgaat en het alarmsignaal klinkt
1. Controleer de patiënt en lever de vereiste zorg.
Druk op de knop Alarm onderbreken/Reset (
2.
eenheid om het alarm te bevestigen en kort (90 seconden) te onderbreken (stilte).
Nadat u de patiënt hebt verzorgd, controleert u of de juiste alarmen zijn ingesteld (zie de
3.
desbetreffende hoofdstukken over bewaking verderop in deze handleiding voor meer
informatie over het instellen van alarmen).
Opmerking: Door op de knop Alarm onderbreken/Reset (
Een alarm opnieuw inschakelen
U schakelt een alarm weer in voordat de onderbreking (stilte) van het alarm is verstreken door
op de knop Alarm onderbreken/Reset (
Waarschuwing! • Onderbreek een hoorbaar alarm niet als daarmee de veiligheid van de patiënt in gevaar
komt.
• Stem het volume van de alarmtoon niet lager af dan het geluidsniveau van de omgeving
als de gebruiker de alarmsignalen hierdoor minder goed kan herkennen.
Alarmen vergrendelen
Patiëntalarmen van hoge prioriteit kunnen worden ingesteld op vergrendeld of niet-vergrendeld
(standaard). Als een alarm is ingesteld op vergrendeld, blijven alarmindicatoren (geluid,
bericht, kleur) aanwezig, ongeacht of de situatie hiertoe aanleiding geeft. Levensbedreigend-
ritmealarmen (LTA) staan altijd op vergrendeld. Vergrendelde alarmen moeten altijd worden
bevestigd, zelfs als de situatie hiertoe geen aanleiding meer geeft. Vergrendelde alarmen
kunnen van pas komen in situaties waarbij de patiënt niet voortdurend in de gaten kan worden
gehouden, aangezien u op deze manier wordt gewaarschuwd voor een probleem bij de patiënt,
ook als dat probleem niet meer actueel is.
Als een alarm is ingesteld op niet-vergrendeld, wordt de alarmindicator gewist zodra de
alarmsituatie stopt, ongeacht of het alarm werd onderbroken (op stil gezet).
Vergrendelde alarmen kunnen worden ingeschakeld of uitgeschakeld (standaard) via het menu
Instellen>Supervisor>Alarmen>Algemeen>.
9650-001820-16 Rev. B
actieve alarmtonen kort onderbroken (op stil gezet). Als de metingen van de
vitale functies van een patiënt een ander alarm activeren, klinkt de toon van een
patiëntalarm, zelfs als de onderbreking (stilte) van het eerste alarm nog niet is
verstreken.
Bedieningshandleiding voor Propaq M
Reageren op een alarm – Het alarm uitzetten
) op het Propaq M-voorpaneel van de
) te drukken, worden alle
) te drukken.
5-5
Advertenties
Inhoudsopgave
