Inhoudsopgave
Advertenties
Hoofdstuk 10 Puls-CO-oximetrie (SpO2)
SpO
Instellen en gebruiken
2
Om nauwkeurige SpO
hierna beschreven stappen uitvoeren. Elke stap wordt in dit hoofdstuk apart besproken.
1. Selecteer de juiste sensor.
Breng de sensor aan op de patiënt.
2.
3.
Sluit de sensor aan op de Propaq M-eenheid.
Configureer de NIBD-alarmfuncties en -instellingen (indien de huidige NIBD-alarmfuncties
4.
en -instellingen niet geschikt zijn).
De pulsoximetriemetingen worden gestart zodra de sensor op de patiënt is aangebracht en op de
Propaq M-eenheid is aangesloten.
De SpO
-sensor selecteren
2
Bij het kiezen van de sensor moet er rekening worden gehouden met het gewicht van de patiënt,
de mate van perfusie, de beschikbare plaatsen voor de sensor en de verwachte bewakingsduur.
Meer informatie kunt u vinden in de paragraaf Accessoires in dit hoofdstuk, waarin een lijst met
door ZOLL goedgekeurde -sensoren (zowel herbruikbare als voor eenmalig gebruik) voor
volwassenen, kinderen en pasgeborenen is opgenomen. Voordat u de sensor aanbrengt, moet
u altijd eerst de gebruiksaanwijzing doorlezen die door de fabrikant bij de sensor is geleverd.
Opmerking: Voor het meten van de optionele SpHb en SpOC-parameters is een SpHb-sensor
De SpO
-sensor aanbrengen
2
Kies een plaats met een goede perfusie waar de bewegingen van een bij bewustzijn zijnde
patiënt zo min mogelijk worden beperkt. De ringvinger of middelvinger van de niet-dominante
hand verdient de voorkeur.
U kunt ook andere vingers van de niet-dominante hand gebruiken. Zorg ervoor dat de detector
van de sensor volledig door huid wordt bedekt. De grote of de lange teen (naast de grote teen)
kan worden gebruikt bij patiënten van wie de bewegingen worden beperkt of bij patiënten bij
wie de handen niet in aanmerking komen.
Zorg ervoor dat de sensor correct wordt aangebracht en bedek de sensorlocatie zo nodig met
een ondoorschijnend materiaal om verstoring door omgevingslicht te voorkomen. Wanneer
deze voorzorgsmaatregelen bij veel omgevingslicht niet worden genomen, kunnen
onnauwkeurige meetresultaten het gevolg zijn.
Gebruik geen SpO
aangebracht. Door het vullen van de manchet worden onjuiste SpO
weergegeven.
10-6
-metingen met de Propaq M-eenheid te kunnen uitvoeren, moet u de
2
vereist. Er worden door de monitor geen SpCO-waarden weergegeven als u een
SpHb-sensor gebruikt. Er worden ook geen SpHb-waarden weergegeven als
u een SpCO-sensor gebruikt.
-sensorlocatie op een arm of been waarop ook een NIBD-manchet wordt
2
www.zoll.com
-meetwaarden
2
9650-001820-16 Rev. B
Advertenties
Inhoudsopgave
