17.1.1
pH-sensor kalibreren
Geldige waarden voor de kalibratie
Beoordeling
Goed
Voldoende
CAL Cl
Laatste kalibratie 31-3- 2013 13:11:11
Steilheid
Nulpunt
Kalibratie van de steilheid
Kalibratie van het nulpunt
Afb. 43: Weergave [Kalibratie] bijvoorbeeld bij [Chloor]
Kalibratie van meetkanaal 1 en meetkanaal 2
De kalibratiemethoden voor meetkanaal 1 en meetka‐
naal 2 zijn identiek. Het is echter noodzakelijk elk
meetkanaal separaat te kalibreren
Om een hoge meetnauwkeurigheid te waarborgen, is het noodza‐
kelijk de pH-sensor na een bepaalde tijdsinterval weer in te stellen.
Deze kalibratie-interval is sterk afhankelijk van het toepassingsge‐
bied van de pH-sensor, evenals van de vereiste meetnauwkeurig‐
heid en reproduceerbaarheid. De noodzakelijke kalibratie-interval
kan tussen dagelijks en enkele maanden zijn.
Nulpunt
-30 mV ... +30 mV
-60 mV ... -30 mV
+30 mV ... +60 mV
Bij het uitvoeren van een meting van de pH-waarde
met potentiaalvereffening, moet de procedure
[Potentiaalvereffening] bij de keuze van de meetgroot‐
heid als parameter worden ingesteld.
Kalibreren van de pH-sensor bij de functie pH-com‐
pensatie voor chloormeting
Het is absoluut noodzakelijk altijd eerst de pH-meting
te kalibreren en daarna de chloormeting. Bij elke vol‐
gende kalibratie van de pH-meting is daarna altijd een
kalibratie van de chloorsensor noodzakelijk. Anders
wordt de chloormeting onnauwkeurig.
Kalibratie van de diaLog DACa regelaar
100 %
4.00 mA
Steilheid
-55 mV/pH ... -62 mV/pH
- 40 mV/pH ... -55 mV/pH
-62 mV/pH ... - 65 mV/pH
A1039
87