Kalibratie van de diaLog DACa regelaar
17.1.5
Zuurstof-sensor kalibreren
De kalibratie-interval vastleggen
116
CAL Cl
Nulpunt
Bereik
Accepteer met <CAL>
Afb. 73: Kalibratie van het nulpunt
4.
Ga verder met
CAL Cl
Kalibratie geslaagd
Steilheid
Nulpunt
Ga verder met <CAL>
Afb. 74: Kalibratie van het nulpunt
5.
Het resultaat van de kalibratie opslaan in het geheugen van
de regelaar, door te drukken op de
ð De regelaar toont weer de basisweergave en werkt met
de resultaten van de kalibratie.
Mislukte kalibratie
Valt het resultaat van de kalibratie buiten de
vastgestelde tolerantiegrenzen, verschijnt
een foutmelding. In dat geval wordt de
actuele kalibratie niet geaccepteerd.
Controleer de voorwaarden voor de kalibratie
en verhelp de fout. Herhaal daarna de kali‐
bratie.
De kalibratie-intervallen zijn sterk afhankelijk van:
de toepassing
n
de inbouwsituatie de sensor
n
A1046
A1048
-toets