88
Rijden en bediening
Automatische
versnellingsbak
Met de automatische versnellingsbak
is automatisch schakelen mogelijk.
Transmissiedisplay
De modus of ingeschakelde versnel‐
ling verschijnt op het transmissiedis‐
play.
Keuzehendel
P = Parkeerstand, de wielen zijn
geblokkeerd, alleen inschake‐
len wanneer de auto stilstaat en
de handrem is aangetrokken
R = Achteruitversnelling, alleen in‐
schakelen wanneer de auto stil‐
staat
N = Neutrale stand
D = Automatische modus met alle
versnellingen
De keuzehendel is vergrendeld in P
en kan alleen worden verzet wanneer
u het contact inschakelt en het rem‐
pedaal intrapt.
Om stand P of R te selecteren, de
ontgrendelingsknop op de keuzehen‐
del indrukken.
De motor start alleen wanneer de
hendel in stand P of N staat. Wanneer
de stand N is geselecteerd, trapt u de
rem in of trekt u de handrem aan al‐
vorens te starten.
Tijdens het schakelen geen gas ge‐
ven. Gas- en rempedaal nooit gelijk‐
tijdig bedienen.
Wanneer een versnelling is ingescha‐
keld en de rem wordt losgelaten, rijdt
de auto langzaam weg.
Versnellingen 3, 2, L
3, 2, L = Versnellingsbak schakelt
niet verder op dan de ge‐
selecteerde versnelling.
Om stand 3 of L te selecteren, de
knop op de keuzehendel indrukken.
3, 2 of L alleen selecteren om auto‐
matisch opschakelen te vermijden of
om krachtiger op de motor af te rem‐
men.