16
Kort en bondig
Automatische versnellingsbak
P = Parkeerstand
R = Achteruitversnelling
N = Neutrale stand
D = Rijstand
U kunt de keuzehendel uit P zetten
wanneer de ontsteking is ingescha‐
keld en u het rempedaal intrapt.
Automatische versnellingsbak
3 88.
Voordat u wegrijdt
Voor het wegrijden controleren
■ Bandenspanning en -staat 3 111,
3 134.
■ Motoroliepeil en vloeistofniveaus
3 98.
■ Ruiten, spiegels, rijverlichting en
kentekenplaat: vrij van vuil, sneeuw
of ijs en gebruiksklaar.
■ Juiste positie van spiegels, stoelen
en veiligheidsgordels 3 25,
3 29, 3 32.
■ Werking van remsysteem (bij lage
snelheid), vooral bij vochtige rem‐
men.
Motor starten
■ sleutel naar stand ACC draaien
■ verdraai het stuurwiel een beetje,
zodat het stuurslot vrijkomt
■ trap de koppeling en rem in
■ automatische versnellingsbak in N
of P
■ trap het gaspedaal niet in
■ draai de sleutel naar START en laat
de sleutel los
Motor starten 3 83.