Automatische wis-/wasregeling
Trek de hendel naar het stuur (onstabiele
stand) om de ruitensproeier in te
schakelen.
Houd de hendel aangetrokken om zowel
de ruitensproeier als de ruitenwisser in
één enkele beweging automatisch in te
schakelen.
Als de hendel wordt losgelaten, stopt de
ruitenwisser na drie slagen.
Na circa 6 seconden volgt nog een extra
reinigingsslag.
REGENSENSOR
Deze bevindt zich achter de
achteruitkijkspiegel, op de voorruit en
detecteert de aanwezigheid van regen en
regelt het wissen van de voorruit aan de
hand van de hoeveelheid water op de ruit.
Inschakelen/Uitschakelen
9) 10)
Door de draaischakelaar fig. 35 naar
stand
of
te draaien, wordt de
regensensor geactiveerd.
Als de regensensor wordt ingeschakeld,
maken de ruitenwissers één wisslag.
(aanduidend dat de opdracht is
aangenomen).
Gebruik de draaischakelaar fig. 35 of
draai de startinrichting op STOP.
19)
BELANGRIJK
19) Zorg ervoor dat het systeem is
uitgeschakeld als de voorruit moet worden
schoongemaakt.
BELANGRIJK
7) Gebruik de ruitenwissers nooit om
opgehoopte sneeuw of ijs van de voorruit te
verwijderen. Onder dergelijke
omstandigheden wordt bij overbelasting van
de ruitenwisser de beveiliging ingeschakeld,
waardoor de ruitenwisser enkele seconden
wordt uitgeschakeld. Als hierna de
ruitenwisser niet meer werkt, ook niet na de
motor opnieuw te hebben gestart, neem dan
contact op met het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
8) Schakel de ruitenwissers niet met van de
ruit opgeheven wisserbladen in.
9) Schakel de regensensor nooit in tijdens
een schoonmaakbeurt in een wastunnel.
10) Zorg ervoor dat het systeem is
uitgeschakeld als er ijs op de voorruit zit.
33