bestuurdersstoel zich 60 mm achter de
rijstand die als laatste door de gebruiker
werd ingesteld.
Als het portier wordt gesloten en de
startinrichting op ON staat, zal de stoel
automatisch de ingestelde rijstand
innemen.
OPMERKING Als de naar achteren
geplaatste stoel handmatig wordt
verplaatst, zal de stoel bij het instappen
in de nieuw ingestelde stand blijven
staan.
Activering van de uitstapmodus
Om het uitstappen voor de bestuurder te
vergemakkelijken, zal de
bestuurdersstoel 60 mm naar achteren
gaan als de startinrichting op STOP staat
en het bestuurdersportier wordt
geopend.
OPMERKING Als op een willekeurige
knop wordt gedrukt, hetzij de
geheugentoets, hetzij de
stoelverstellingstoets, wordt de
automatische verplaatsing onmiddellijk
onderbroken (paniekknop). Om de
onderbroken functie te voltooien, moet
die opnieuw worden uitgevoerd.
ELEKTRISCHE VERWARMING
VOORSTOELEN EN ACHTERBANK
(indien aanwezig)
Zitplaatsen voor
Druk, met de startinrichting in stand AAN,
op de knoppen
fig. 16 op het
dashboard.
16
Er kunnen drie verwarmingsniveaus
gekozen worden:
"maximale verwarming": er branden
drie leds op de knoppen;
"gemiddelde verwarming": er branden
twee leds op de knoppen;
"minimale verwarming": er brandt één
led op de knoppen.
Achterbank
Activeer met het contactslot op ON de
verwarming van de achterbank met een
druk op de knoppen
fig. 17 aan de
achterkant van de tunnelconsole.
17
Er kunnen drie verwarmingsniveaus
gekozen worden:
"maximale verwarming": er branden
drie leds op de knoppen;
"gemiddelde verwarming": er branden
twee leds op de knoppen;
04066S0004EM
"minimale verwarming": er brandt één
led op de knoppen.
Na een verwarmingsniveau te hebben
gekozen, moet u enkele minuten wachten
voordat warme lucht in het interieur
stroomt.
BELANGRIJK Om de acculading te
behouden, kan deze functie niet
ingeschakeld worden als de motor uit
staat.
ACHTERBANK
11)
Er kunnen drie passagiers op de
achterbank zitten.
04036S0050EM
21