102
De instelling van een snelheid activeert
het systeem, op het display wordt het
groene pictogram weergegeven met
aangeduid de waarde van de ingestelde
snelheid.
Het systeem kan niet worden
ingeschakeld wanneer de modus RACE
actief is.
BELANGRIJK Het is gevaarlijk om het
systeem ingeschakeld te houden als het
niet wordt gebruikt: het risico bestaat
dat het onbedoeld wordt ingesteld
waardoor de controle over het voertuig
kan worden verloren door een plotselinge
te hoge snelheid.
Pauze / deactivering
Met het systeem ingeschakeld (niet
ingestelde snelheid), op knop
drukken.
Met geactiveerd systeem (ingestelde
snelheid), op knop
drukken om naar
128
Pauze te gaan, op het display wordt het
witte pictogram weergegeven met de
waarde van de snelheid tussen haakjes.
Om het systeem definitief te
deactiveren, moet een tweede keer op
knop
worden gedrukt.
DE GEWENSTE SNELHEID INSTELLEN
De instelbare snelheden gaan van
minimaal 30 km/h (of 20 mph voor
markten met instrumentenpanelen met
07146S0016EM
schaalverdeling in mph) en een maximum
van 180 km/h (of 110 mph voor markten
met instrumentenpanelen met
schaalverdeling in mph).
Wanneer het voertuig de gewenste
snelheid bereikt, de SET-schakelaar
fig. 103 omhoog/omlaag brengen en
loslaten om het apparaat te activeren: bij
het loslaten van de accelerator, gaat het
voertuig verder op de geselecteerde
snelheid
103
Als het gaspedaal ingedrukt wordt
gehouden:
het systeem kan de afstand tussen het
voertuig en de voorligger niet
controleren. In dit geval wordt de
snelheid alleen bepaald door de stand
van het gaspedaal.
Zodra het gaspedaal wordt losgelaten,
keert het systeem terug naar een
normale werking.
Het systeem kan niet worden ingesteld:
als het rempedaal wordt ingedrukt;
als de remmen oververhit zijn;
als de elektrische parkeerrem is
ingeschakeld;
als een van de modaliteiten P
(parkeren), R (achteruit), of N (vrijstand)
actief is;
wanneer de toeren van de motor
boven een maximum drempel komen;
als de snelheid van het voertuig niet
binnen het instelbare snelheidsbereik
valt;
als het ESC-systeem in werking is
getreden of zojuist zijn werking
beëindigd heeft (of ABS of andere
stabiliteitscontrolesystemen);
als het ESC-systeem is uitgeschakeld;
als een automatische remwerking
wordt uitgevoerd door het Forward
Collision Warning Plus-systeem (indien
aanwezig);
bij een defect van het systeem zelf;
07146S0017EM