het - symbool of terug naar het + symbool
en de versnelling is gewijzigd.
Om stand P (Park) te verlaten, of om van
stand N (Neutral) naar stand D (Drive) of
R (Reverse) te gaan wanneer het voertuig
stilstaat of op lage snelheid rijdt, moet
ook het rempedaal worden ingetrapt.
BELANGRIJK GEEF GEEN gas bij het
schakelen van stand P (of N) naar een
andere stand.
BELANGRIJK Wacht na het selecteren
van een versnelling enkele seconden
alvorens gas te geven. Deze
voorzorgsmaatregel is bijzonder
belangrijk bij een koude motor.
AutoStick - Handmatige (sequentiële)
schakelmodus
In het geval van veelvuldig schakelen
(bijv. voor de sportieve rijmodus, wanneer
het voertuig gebruikt wordt met een
zware lading, op hellingen, sterke
tegenwind of bij het trekken van zware
aanhangwagens), wordt geadviseerd de
modus AutoStick (sequentieel schakelen)
te gebruiken om een lagere vaste
overbrengingsverhouding te selecteren
en behouden.
In deze omstandigheid verbetert het
gebruik van de laagste versnelling de
prestaties van de auto en voorkomt het
oververhitting.
Het is mogelijk om te schakelen van
120
stand D (Drive) naar de sequentiële
modus onafhankelijk van de
voertuigsnelheid.
Inschakelen
Beginnende in stand D (Drive) de hendel
naar links verplaatsen om de sequentiële
rijmodus in te schakelen (indicatie – en +
op de bekleding). De ingeschakelde
versnelling wordt weergegeven op het
display.
Schakelen vindt plaats door de
versnellingspook naar voren te
verplaatsen, naar symbool – of naar
achteren, naar symbool +.
Hendels op het stuurwiel
(indien aanwezig)
De versnelling kan handmatig worden
verplaatst ook door het gebruik van de
hendels achter het stuurwiel, trek aan de
rechter versnellingshendel (+) naar het
stuurwiel en laat hem los om een hogere
versnelling in te stellen; doe hetzelfde
met de linkerhendel (-) om een lagere
versnelling in te stellen fig. 95.
Om N (Neutral) in te schakelen: aan beide
hendels tegelijk trekken.
Stand D (Drive) inschakelen vanuit N
(Neutral), P (Parkeren) en R (Achteruit):
trap het rempedaal in en de
rechterhendel (+).
95
BELANGRIJK Wanneer er maar een
handmatige verplaatsing is uitgevoerd,
blijft de letter D op het display met de
ingeschakelde versnelling ernaast.
Uitschakelen
Om de sequentiële rijmodus uit te
schakelen, de versnellingspook
terugzetten in stand D (Drive)
("automatische" rijmodus).
WERKING VERSNELLINGSBAK IN EEN
NOODGEVAL
(indien aanwezig)
De werking van de versnellingsbak wordt
continu bewaakt om elke eventuele
storing te detecteren. Als er een
omstandigheid wordt gedetecteerd die
tot schade aan de versnellingsbak zou
kunnen leiden, wordt de functie
"noodgeval versnellingsbak" geactiveerd.
In deze toestand blijft de versnellingsbak
e
in de 4
versnelling staan, onafhankelijk
07076S0006EM