Vanuit stilstand
Rechter rijhendel in de neutrale stand laten; linker rijhendel
naar voren drukken. De draaicirkel wordt in dit geval be-
paald door de rechter rupsband.
(A) De graafmachine rijdt een rechter bocht.
Draaien op de plaats
Beide rijhendels in tegengestelde richting uitslaan. De rups-
banden draaien in tegengestelde richting. De draaias is het
midden van het voertuig.
(A) Rechtsom draaien op de plaats.
Rijden op hellingen
Het rijden op hellingen moet met uiterste voorzich-
tigheid en langzaam plaatsvinden.
Bij het rijden op stijgingen de bak ca. 200 tot 400 mm (A)
van de grond heffen (zie afbeelding).
70
Bedrijf
W9212-8244-2
09/2018