Veiligheidsbepalingen
Vergrendelen van de bovenwagen
Bevindt zich de vergrendeling van de bovenwagen (1) in de on-
derste stand, is de bovenwagen met de onderwagen vergren-
delt.
Voor het vergrendelen van de bovenwagen moet
de bovenwagen parallel ten opzichte van de on-
derwagen staan.
Handmatig uitschakelen van de motor
Bij uitval van de elektrische installatie kan de motor met de hand
worden uitgeschakeld.
Motor uitschakelen:
Motorkap (1) openen (blz. 88).
Om de motor uit te schakelen hendel (1) in pijlrichting du-
wen, totdat de motor tot stilstand is gekomen.
Voorzichtig, de koelventilator niet aanraken → ge-
vaar voor letsel.
W9212-8244-2
09/2018
25