■
Bediening van de schakelhendel
Modellen met informatiedisplay
Standindicator van
de schakelhendel
Modellen met interface voor bestuurdersinformatie
Standindicator van de
schakelhendel
M Controlelampje
(sequentiële schakelmodus)/
controlelampje schakelstand
Trap het rempedaal in en druk de ontgrendelingsknop van
de schakelhendel in om te schakelen.
Schakel zonder de ontgrendelingsknop van de
schakelhendel in te drukken.
Druk de ontgrendelingsknop van de
schakelhendel in en schakel.
1Bediening van de schakelhendel
ATTENTIE
Wanneer u de schakelhendel van
M Controlelampje
omgekeerd, dient u het voertuig volledig te stoppen en het
(sequentiële
rempedaal ingetrapt te houden.
schakelmodus)/
Door de schakelhendel te bedienen voordat het voertuig
controlelampje
volledig stilstaat, kan schade aan de transmissie ontstaan.
schakelstand
Gebruik de standindicator van de schakelhendel om de
hendelpositie te controleren alvorens weg te rijden.
Ongeacht de positie waarin de schakelhendel tijdens het
Rode zone in toerenteller
rijden staat, geeft het knipperen van de standindicator van
de schakelhendel aan dat er een transmissieprobleem is.
Vermijd abrupt accelereren en laat de transmissie zo snel
mogelijk door een dealer controleren.
De brandstoftoevoer kan afgesloten worden als u met
toerentallen in of boven de rode zone van de toerenteller
(motortoerentallimiet) rijdt. Als dit gebeurt, kunt u een lichte
schok voelen.
Het is mogelijk dat de schakelhendel niet bediend kan
worden als het rempedaal is ingetrapt terwijl de
Rode zone in toerenteller
ontgrendelingsknop op de schakelhendel ingedrukt
gehouden wordt.
Trap eerst het rempedaal in.
WORDT VERVOLGD
uuTijdens het rijdenuSchakelen
(
D
(
R
in
zet en
487