uuTijdens het rijdenuSchakelen
Modellen met continu variabele transmissie met 6 standen
Schakelen
Pas de versnelling aan overeenkomstig uw rijomstandigheden.
■
Schakelhendelposities
Ontgrendelingsknop
484
Parkeren
Wordt gebruikt tijdens het parkeren en het
starten van de motor
Achteruit
Voor het achteruitrijden
Neutraal
Transmissie is niet vergrendeld
Rijden
Voor normaal rijden
Rijden (S)
Gebruikt:
●
Voor betere acceleratie
●
Sterker afremmen op de motor
●
Bij het op- en afrijden van hellingen
Laag
Gebruikt:
●
Voor sterker afremmen op de motor
●
Bij het op- en afrijden van hellingen
1Schakelen
U kunt de contactschakelaar niet in de stand STUURSLOT
zetten en de contactsleutel verwijderen, tenzij de
P
(
schakelhendel in de stand
staat.
Het voertuig kan zich bij koude motor iets naar voren
(
N
verplaatsen, zelfs in de stand
.
Trap het rempedaal stevig in en schakel indien nodig de
elektronische parkeerrem in.
Bij het schakelen bij extreem lage temperaturen (-30 °C) kan
er sprake zijn van een korte vertraging voordat de
schakelstand wordt weergegeven. Controleer altijd of de
transmissie in de juiste stand staat voordat u gaat rijden.
(
0