2.
Wacht totdat de omvormer de motor decelereert tot nul.
3.
Open de magneetschakelaar.
WAARSCHUWING!
Als vector motorbesturingsmodus in gebruik is, open de uitgangscontactor niet
terwijl de omvormer de motor aanstuurt. De motorbesturing werkt sneller dan
de contactor en probeert de belastingstroom in stand te houden. Dit kan schade
aan de contactor veroorzaken.
Wanneer u de vector motorsturingsmodus en de modus voor het uitlopen van de motor
selecteert, kunt u de contactor onmiddellijk openen nadat de omvormer het stopcom-
mando heeft ontvangen. Dit is ook het geval als u de modus scalaire motorbesturing
gebruikt.
Beveiliging van de contacten van relaisuitgangen
Inductieve belastingen (relais, magneetschakelaars, motoren) veroorzaken piekspan-
ningen bij het uitschakelen.
Het is ten zeerste aan te raden om inductieve belastingen te voorzien van storingver-
zwakkende kringen (varistors, RC-filters [AC] of diodes [DC]) om de EMC-emissie bij
uitschakeling tot een minimum te beperken. Wanneer niet onderdrukt, kunnen de onre-
gelmatigheden zich capacitief of inductief aan andere geleiders in de besturingskabel
koppelen en een risico voor storingen in andere systeemonderdelen vormen.
Installeer de beveiligingscomponent zo dicht mogelijk bij de inductieve belasting. In-
stalleer geen beveiligingscomponenten bij de relaisuitgangen.
1
Relaisuitgang
2
Varistor
3
RC-filter
4
Diode
Richtlijnen voor de planning van de elektrische installatie 57
1
230 V AC
2
230 V AC
3
+ 24 V DC
4