Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss VLT AutomationDrive FC 301 Programmeerhandleiding pagina 87

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT AutomationDrive FC 301:
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
4-44 Motor Speed Monitor Max
Range:
Functie:
parameter 16-48 Speed Ref. After Ramp
[RPM] in.
4-45 Motor Speed Monitor Timeout
Range:
Functie:
LET OP
0.1 s
[0 - 60
*
s]
Alleen beschikbaar bij gebruik van het
fluxbesturingsprincipe
Stel in hoe lang een afwijking gedefinieerd in
parameter 4-44 Motor Speed Monitor Max
toelaatbaar is. De timer voor deze parameter
wordt gereset als de afwijking de waarde in
parameter 4-44 Motor Speed Monitor Max niet
meer overschrijdt.
3.6.4 4-5* Aanp. waarsch.
Gebruik deze parameters om waarschuwingsbegrenzingen
in te stellen voor stroom, snelheid, referentie en terugkop-
peling.
Waarschuwingen worden weergegeven op het LCP en
kunnen worden geprogrammeerd als uitgang of voor
uitlezing via de veldbus in het uitgebreide statuswoord.
Afbeelding 3.33 Aanpasbare waarschuwingen
4-50 Waarschuwing stroom laag
Range:
Functie:
0 A
[ 0 -
Voer de waarde voor I
*
par. 4-51
motorstroom lager wordt dan deze begrenzing,
A]
verschijnt op het display de melding Stroom
laag. De signaaluitgangen kunnen worden
geprogrammeerd voor het genereren van een
statussignaal via klem 27 of 29 (alleen FC 302)
MG33MK10
Programmeerhandleiding
in. Wanneer de
LOW
Danfoss A/S © 05/2015 Alle rechten voorbehouden.
4-50 Waarschuwing stroom laag
Range:
Functie:
en via relaisuitgang 01 of 02 (alleen FC 302). Zie
Afbeelding 3.33.
4-51 Waarschuwing stroom hoog
Range:
Functie:
Size
[ par.
Voer de waarde voor I
related
4-50 -
motorstroom deze begrenzing
*
par. 16-37
overschrijdt, verschijnt op het display de
A]
melding Stroom hoog. De signaaluit-
gangen kunnen worden geprogrammeerd
voor het genereren van een statussignaal
via klem 27 of 29 (alleen FC 302) en via
relaisuitgang 01 of 02 (alleen FC 302). Zie
Afbeelding 3.33.
4-52 Waarschuwing snelheid laag
Range:
Functie:
0 RPM
[ 0 - par.
Voer de waarde voor n
*
4-53
motorsnelheid deze begrenzing overschrijdt,
RPM]
verschijnt op het display de melding Snelh.
laag. De signaaluitgangen kunnen worden
geprogrammeerd voor het genereren van
een statussignaal via klem 27 of 29 (alleen FC
302) en via relaisuitgang 01 of 02 (alleen FC
302).
4-53 Waarschuwing snelheid hoog
Range:
Functie:
Size
[ par.
Voer de waarde voor n
related
4-52 -
de motorsnelheid deze waarde
*
60000
overschrijdt, verschijnt op het display de
RPM]
melding Snelh. hoog. De signaaluitgangen
kunnen worden geprogrammeerd voor
het genereren van een statussignaal via
klem 27 of 29 en via relaisuitgang 01 of
02.
4-54 Waarsch: referentie laag
Range:
-999999.999
[ -999999.999
Stel de lage referentiebegrenzing
*
- par. 4-55 ]
in. Wanneer de motorstroom
lager wordt dan deze begrenzing,
verschijnt op het display de
melding Ref
gangen kunnen worden
geprogrammeerd voor het
genereren van een statussignaal
via klem 27 of 29 (alleen FC 302)
en via relaisuitgang 01 of 02
(alleen FC 302).
in. Wanneer de
HIGH
in. Wanneer de
LOW
in. Wanneer
HIGH
Functie:
. De signaaluit-
LOW
85
3
3

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vlt automationdrive fc 302

Inhoudsopgave