Programmeren
2.1.1 Het LCD-display
2
2
Het display heeft achtergrondverlichting en in totaal 6
alfanumerieke regels. De displayregels tonen de
draairichting (pijl), de geselecteerde setup en de setup
voor programmering. Het display bestaat uit 3 delen.
Bovenste gedeelte
Het bovenste gedeelte toont maximaal 2 metingen in de
normale bedrijfsstatus.
Middelste gedeelte
De bovenste regel toont maximaal 5 metingen met
bijbehorende eenheid, ongeacht de status (behalve bij een
alarm/waarschuwing).
Onderste gedeelte
Het onderste gedeelte toont de status van de frequentiere-
gelaar in de modus Status.
Bovenste
gedeelte
Middelste
gedeelte
Onderste
gedeelte
Afbeelding 2.2 Display
De actieve setup (in parameter 0-10 Actieve setup
geselecteerd als de actieve setup) wordt weergegeven. Bij
het programmeren van een andere setup dan de actieve
setup verschijnt aan de rechterkant het nummer van de
setup die wordt geprogrammeerd.
Aanpassing contrast display
Druk op [Status] en [
maken.
Druk op [Status] en [
De meeste parameterinstellingen kunnen onmiddellijk
worden gewijzigd via het LCP, tenzij er een wachtwoord is
ingesteld via parameter 0-60 Wachtw. hoofdmenu of
parameter 0-65 Wachtwoord snelmenu.
Indicatielampjes
Als bepaalde drempelwaarden worden overschreden, gaan
de alarm- en/of waarschuwingslampjes branden. Er
verschijnen tevens een status- en een alarmtekst op het
LCP.
Het spanningslampje gaat branden wanneer de frequentie-
regelaar van spanning wordt voorzien via het net, een DC-
aansluitklem of een externe 24V-voeding. Ook het
achtergrondlampje is aan.
12
VLT
Status
43 tpm
5,44 A
25,3 kW
1,4 Hz
2,9%
! Temp. voed.krt (W29)
Externe (Auto) bediening
▲
] om het display donkerder te
▼
] om het display helderder te maken.
Danfoss A/S © 05/2015 Alle rechten voorbehouden.
®
AutomationDrive FC 301/302
•
Groene led/On: geeft aan dat de besturingssectie
werkt.
•
Gele led/Warn: geeft een waarschuwing aan.
•
Knipperende rode led/Alarm: geeft een alarm aan.
Afbeelding 2.3 Indicatielampjes
!
1 (1)
LCP-toetsen
De bedieningstoetsen zijn onderverdeeld naar functie. De
toetsen onder het display en de indicatielampjes dienen
voor het instellen van de parameters en de keuze van de
displayweergave tijdens normaal bedrijf.
Status
Afbeelding 2.4 LCP-toetsen
[Status]
Geeft de status van de frequentieregelaar en/of de motor
weer. U kunt uit 3 verschillende uitlezingen kiezen door op
[Status] te drukken: 5-regelige uitlezing, 4-regelige uitlezing
of Smart Logic Control.
Druk op [Status] om de displaymodus te selecteren of om
naar de displaymodus terug te keren vanuit de modus
Snelmenu, Hoofdmenu of Alarm. Gebruik [Status] ook om
heen en weer te schakelen tussen de enkele en de
dubbele uitleesmodus.
[Quick Menu]
Biedt snelle toegang tot verschillende snelmenu's, zoals:
•
Persoonlijk menu
•
Snelle setup
•
Doorgevoerde wijzigingen
•
Logdata
Druk op [Quick Menu] om de parameters te programmeren
die zijn opgenomen in het Snelmenu. Het is mogelijk om
rechtstreeks te schakelen tussen de modus Snelmenu en de
modus Hoofdmenu.
[Main Menu]
Dient om alle parameters te programmeren.
Het is mogelijk om rechtstreeks te schakelen tussen de
modus Hoofdmenu en de modus Snelmenu.
On
Warn.
Alarm
Quick
Main
Menu
Menu
Alarm
Log
MG33MK10